Zondagse mijmering: Kommer en Kwel

Zondagse mijmering: Kommer en Kwel

Het zouden de namen kunnen zijn van twee boeven uit een goede oude Vlaamse stripreeks; een tongbreker voor Franstaligen die het Nederlands onder de knie willen krijgen of gewoon de nuchtere vaststelling van wie met donker beglaasde bril de dingen des levens overschouwt.

Een tranendal, dat is dit ondermaanse, zo lijkt het soms. Heerlijk woord trouwens, tranendal. Ene F.A. Stoet wijdt volgende frasen aan het lemma tranendal in zijn in 1914 verschenen ‘Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden’:

“Hieronder verstaat men de aarde met al haar ellende, in tegenstelling met den hemel, het oord der gelukzaligheid; vgl. mnl. in desen ellinde, hier op aarde; mnl. dat erdsce dal, dat dal der tranen, daertsche ween, dat dal van wene of dat jamerdal, jammerdal, tranendal…”

Geef toe, het oogt dikwijls droef daar voor de sanseverias, in pre-woketijden bekend als Vrouwentongen. Corona blijkt hardnekkiger dan verwacht, de mondkapjesverplichting blijvender dan verhoopt, de macht van de PS in de federale regering zowaar groter dan gevreesd, het gezag van premier De Croo nog kleiner dan voorspeld, de leesvaardigheid van Vlaamse pubers nog slechter dan vermoed, het cynisme van Loekatsjenko verbluffender dan ooit beweerd. We kunnen zo nog even doorploeteren in dat drassige tranendal.

Het moet niet eens gaan over grote politiek. Net een week geleden kondigden wij - Els en ik - iets aan wat thuishoort in de categorie ‘heuglijk nieuws’. Prompt gaf Gazet van Antwerpen ruime ruchtbaarheid aan het bericht, op de voet gevolgd door de rest van de pers, en ongeveer even prompt volgden op sociale media negatieve, soms ronduit gore om niet te zeggen ziekelijke reacties. Een olifant zou na mijn intussen vele jaren optreden in de openbaarheid jaloers worden op de dikte mijner vel, dus aan het wankelen bracht die onwelriekende walm me niet. Bovendien is er die altijd werkende truuk: de commentaren gewoon negeren. Maar wanneer vrienden adviseren de reacties niet te lezen, dan weet je het wel.

Ik kon me trouwens niet genoeg beheersen om er toch niet even in te grasduinen. Eigenlijk overviel me vooral een gevoel van medelijden. Akkoord, een gewoon koppel vormen we niet en vanzelfsprekend denken velen daar het hunne van. Wie daar dan de motivatie in vindt om wat te gaan schelden op sociale media, tja, die bevindt zich dan wellicht toch vooral zelf in een diep persoonlijk tranendal.

Maar overschat de diepte van dat tranenmeer waarin wij zouden rondwaren niet. Tegenover elke hatelijke reactie staat wel een tienvoud aan lieve, gelukdelende berichten. Die kwamen trouwens ook uit heel tegengestelde politieke hoeken. De hoofddrollen Kommer en Kwel konden hier echt niet de hoofdrol opeisen.

Deze heerlijke week in het natste aller seizoenen, zoals we dinsdag leerden in De Ideale Wereld, hield vrijdagnamiddag nóg een hartverwarmend moment in petto. Op het prachtige Conscienceplein klonken vioolklanken van op de dorpel van de adembenemende Carolus Boromeusgevel, even later beantwoord door een klarinet onder de boom die het standbeeld vergezelt van de man die de Vlamingen leerde lezen. Daarop nam de viool weer over en toen terug de klarinet.

Het klonk allemaal erg improvisatorisch. Wanneer de ene van deun wisselde - van de Godfather naar Ravels Bolero bijvoorbeeld - speelde de andere daar meteen op in, letterlijk. Over en weer. Een bescheiden zonnestraal kleurde de vijftig tinten bruin van het gebladerte herfstiger dan herfstig. Een mens zou beginnen wenen van aandoenlijkheid, zodoende de bitterheid van dat tranendal verdrijvend.

Ook nu breekt door de wolken blauw. Tijd voor een heerlijke herfstwandeling, in de vrije natuur, mondkap- en besognevrij. Ik raad het Kommer en Kwel ook ten zeerste aan.

Deze zondagse mijmering verscheen op Facebook op 21 november 2021.

Labels