De commercie van Calvo

De commercie van Calvo

Als Kristof Calvo dan toch zo overtuigd is van een hernieuwde ‘belgitude’, waarom voelt hij dan de aandrang om ze van overheidswege te stimuleren, vraagt Peter De Roover.

 

Onze flamboyante collega in de Kamer ­Kristof Calvo beviel deze week van een boek waarin hij onder meer mijn partij N-VA nadrukkelijk uitdaagt (DS 29 oktober) . Ook groene jongens kennen de wetmatigheden van de politieke commercie. Wie tegen populaire schenen schopt, weet zich van aandacht verzekerd.

 

Dat Calvo zich profileert als reanimator van het Belgisch nationalisme, is op zich niets nieuws. Hij verpakt dat handig als ‘belgitude’, maar in de nieuwe zakken klotst oude wijn, want voor Calvo vormen de Belgische grenzen hét primordiale referentiepunt.

 

Erg gerust in dat hernieuwde Belgisch-nationale gevoelen is hij blijkbaar niet, want hij wil het opkrikken via door de overheid opgelegde maatregelen. Zo moet de VRT Franstalig ondertitelen, ook al vraagt niemand daarom. Ons onderwijs gaat hij tweetalig maken, weliswaar Frans-Nederlands want Calvo wil niet zozeer internationaliseren dan wel belgitude kweken.

 

Uiteraard haalt hij het idee van de federale kieskring uit de mottenballen. Dat zoiets in geen enkel federaal land bestaat en de praktische bezwaren gigantisch zijn, vormt voor hem geen hinderpaal. De kieswetgeving moet en zal misbruikt worden om de geesten in een Belgisch gezinde richting te duwen. ‘Dan krijg je een andere dynamiek’, geeft hij met ontstellende zin voor eerlijkheid toe in de krant.

 

Referendum over het land

 

Maar zijn voorstel om de N-VA te testen op haar ‘tsjevengehalte’ middels een referendum over de toekomst van dit land, springt het meest in het oog. Dat voorstel verdient, buiten het partijpolitieke gehakketak om, een constructieve reactie. Bij de organisatie van een referendum is de eerste kwestie bepalen welke vraag op het blad komt.

 

Ziehier de cruciale vraag: zou het voor een inwoner van pakweg Mechelen beter zijn één ‘nationale’ regering te hebben of twee (zoals nu in feite het geval is)? Heeft die inwoner van Mechelen echt nood aan een volwaardig Vlaams én een volwaardig Belgisch parlement, beide met volwaardige regeringen, met een uitgebouwd ambtenarenkorps, met eigen wetgeving, met eigen belastingbevoegdheid waarbij die twee overheden bij de uitoefening van hun bevoegdheden voortdurend tegen elkaar botsen? Is het een goede zaak dat wij op een internationale klimaattop pas de mond kunnen openen als een rist overheden het vooraf met elkaar eens zijn?

 


Mochten de burgers België willen behouden, dan schrappen we ook meteen alle confederale grendelwetten en kiezen we voor een loepzuiver, unitair België


 

Luidt het antwoord neen, dan volgt de tweede vraag: moet het Belgische dan wel het Vlaamse niveau er tussen uit? Mochten de burgers België willen behouden – wat niet mijn voorkeur zou wegdragen, maar ik ben een democraat – dan schrappen we logischerwijze ook meteen alle confederale grendelwetten en kiezen we voor een loepzuiver, unitair België waar de normale meerderheidsregel van toepassing is.

 

Of referenda de beste manier zijn om beslissingen te nemen, laat ik in het midden. Er bestaan andere fatsoenlijke technieken om aan politieke besluitvorming te doen. Blijkbaar opteert Calvo wel nadrukkelijk voor referenda. Dus neem ik aan dat hij die ook consequent zal bepleiten als het bijvoorbeeld gaat over -welk asielbeleid de bevolking verkiest. Zo niet maakt Calvo zich schuldig aan het soort manifeste ‘tsjeverij’ waar hij zijn favoriete politieke tegenstander graag van verdenkt.

 


 

Verschenen op De Standaard en hier geplaatst op 30 oktober 2015.

 

Foto: Het artikel.

 

TIP: Dankzij internet kunnen wij ook veel mensen bereiken buiten de klassieke media om. Help daarbij en deel dit artikel. Gewoon op de knop hieronder drukken.

Labels