Zondagse mijmering: Het spiegelbeeld van ‘slecht’ is ‘ook slecht’

Zondagse mijmering: Het spiegelbeeld van ‘slecht’ is ‘ook slecht’

Onderweg naar Zeeland, alwaar ik een deel van het weekeinde tussen schaapjes wilde doorbrengen – een scheut complexloze idylle kan nooit kwaad – schalde Herman van Veen door de luidsprekers van mijn wagentje. Kwestie van een beetje in de Nederlandse sfeer te komen.

Van Veen, intussen 76 maar onverslijtbaar, stamt nog uit die periode van de geëngageerde kleinkunstzangers die met de gitaar tegen het onrecht ten strijde trokken. Hoewel, ten strijde? Pacifisme hoorde er ook altijd bij dus niks tegen geweren op zich maar dan wel met een bloem in de loop. Ziet er schattig uit maar hindert desgevallend niet want een kogel houdt zo’n tulp niet tegen.

Van Veen dus, die ook nog eens ijzersterke teksten brengt mengt doorheen zijn idealisme zeer realistische tonen, dus een echte naïeve linkse Gutmensch kan je hem bepaald niet noemen.

In ‘Als het net even anders was gegaan’ stelt hij de ‘wat-als’-kwestie. “Als Hitler toch de oorlog had gewonnen”, begint de tekst en dan vraagt hij zich af wat dat zou gegeven hebben. Van Veen schetst een weinig aantrekkelijk beeld van wat het wellicht was geworden en komt dan bij: “We weten allemaal dat Hitler heeft verloren. We zijn toen van de tirannie gered maar zou ik anders ook een lied doen horen? Een bloed- en bodemlied ? of juist een van verzet ?”

Van Veen, niet te verdenken van een schijntje sympathie voor het nazisme, laat zich hier kennen als een wijs man. Een zelfvoldane idealist zou niet twijfelen over het antwoord op die wat-als-vraag. “Natuurlijk”, zou die toeteren, “natuurlijk zou ik het lied van het verzet zingen want ik sta aan de goede kant van de geschiedenis”. Van Veen laat in een lied dat het nazisme scherp hekelt in het midden, met een zin vol vraagtekens, hoe immuun hij zelf zou gebleven zijn voor de verleiding. Zou hij nog zingen? Zo ja, een lied van verzet of bloed en bodem? Wijze mensen weten dat je daar best niet te zelfvoldaan over speculeert.

Bloed & Bodem. De kranten leren dat er toch nog krochten bestaan waar lieden dat motto huldigen. Hitlers wedervaren volstond dus niet om dat verhaal definitief af te sluiten. Gelukkig bij de meesten wel; enkelingen blijven er Heil in zien. Bloed & Bodem is nochtans wellicht dé slagzin die het ruimst erkend staat voor het kwade.

Afstand nemen is de boodschap voor elke zich fatsoenlijk achtende burger. Hoe veel afstand? Zo veel mogelijk? Mijd je het kwaad altijd door mateloos het omgekeerde na te streven?

Niet dus, zoals we leren uit het dagelijkse leven. Te veel eten is slecht maar het wordt niet steeds beter naargelang we minder eten. Van niemand houden is droef en naargeestig. Maar wie van alle mensen op de wereld evenveel houdt, houdt eigenlijk weer van niemand. Houden van is een zaak van exclusiviteit toewijzen. Jawel, het spijt me lieve wereldverbeteraars maar houden van betekent de wereld opdelen tussen degene waar je wél van houdt en de anderen. Test het trouwens maar eens thuis uit en laat je wederhelft weten dat je van alle vrouwen (mannen) evenveel houdt. Hans de Booij scoorde er een hit mee; thuis zou hij wellicht een serieuze post pakken met dat verhaal.

Waarover gaat Bloed & Bodem, door de aanhangers graag met HOOFDLETTER geschreven? Vergeet niet dat er ooit groot succes mee geboekt werd. Bloed gaat over de band met voorouders en nakomelingen – de mensen van ‘eigen bloed’ – en Bodem over degenen die op hetzelfde grondgebied wonen, de buren dus. Familie & Buurt klinkt al heel anders, sympathiek lief-groenig zelfs, maar komt wel in de buurt.

Het gaat eigenlijk over de dimensies tijd en ruimte, over geschiedenis en aardrijkskunde. Stel je voor, iemand die op zijn overontwikkelde biceps ‘Tijd & Ruimte’ laat tatoeëren. Veel angst zou die daarmee wellicht niet inboezemen en aangezien provoceren toch de eerste drijfveer lijkt te zijn van B&B-aanbidders houden ze het bij het bijtende origineel.

Wie in terechte afkeer voor het rechtsextreme gedachtengoed zo veel mogelijk, mateloos afstand wil houden van Bloed & Bodem, komt in de verleiding de dimensies tijd en ruimte uit te schakelen. Die breekt dan met het idee dat we product zijn van voorouders en een verantwoordelijkheid dragen ten opzichte van onze nakomelingen. We zijn dan geen schakel in een historische lijn. De stap naar teugelloos narcisme wordt vervolgens gevaarlijk klein.

Uiteraard hoort dan ook de territoriale gebondenheid afgewezen te worden. Geen privileges ten opzichte van de fysiek naaste. We houden van alle vrouwen evenveel en gooien alle grenzen open.

Staan 'goed' en 'kwaad' elk aan de andere kant van een lange lijn of vormt het leven toch een cirkel waarbij wie steeds meer afstand neemt van het kwade opnieuw bij het kwade uitkomt? De terechte afkeer voor de bekrompen en tot geweld leidende Bloed & Bodem-retoriek mag niet blind maken voor de gevaren van het radicaal omgekeerde gedachtengoed. Een voorbeeld van zo’n spiegelbeeldextremisme zou het verwijt zijn dat deze tekst een verkapt pleidooi vormt voor de Bloed & Bodem-adepten. Het zou me eerder wel dan niet verbazen wanneer niemand ter linkerzijde het bovenstaande zo zou proberen verdacht te maken.

Zet mij maar in de cirkel-club want als je het mij vraagt is het tegengestelde van ‘kwaad’ heel dikwijls ‘ook kwaad’. Wie het verabsoluteren beantwoordt met het verabsoluteren van het omgekeerde, is natuurlijk gewoon in hetzelfde bedje ziek.

Ik trek nog even de inlaag in. Misschien kom ik Alfred Jodocus Kwak tegen, als hij weer geen druppel te laat is.

Deze zondagse mijmering verscheen voor het eerst op Facebook.

Labels