Vraag aan Unia om haatboodschappen te onderzoeken

Vraag aan Unia om haatboodschappen te onderzoeken

In Brussel werd een politiewagen gebruikt voor de verspreiding van een haatspeech. Collega Johan Vandendriessche kaart deze zaak van misbruik van politiemateriaal aan in de Brusselse gemeenteraad. Ik vroeg Unia om de inhoud te onderzoeken.

AANVULLING: Op 7 september plaatste ik het antwoord van Unia (dat schrijft dat er 'mogelijk sprake is van het aanzettingsmisdrijf' en klacht indiende) en een reactie van de Brusselse burgemeester Mayeur die de zaak afdoet als 'zieverderij'.

Aan Unia, interfederaal gelijkekansencentrum

 

Op 19 juli 2016 maakt u in een mededeling bekend dat u haatboodschappen n.a.v. de gebeurtenissen in Turkije zult onderzoeken. U schrijft o.m. “Unia krijgt meldingen van online berichten die zouden aanzetten tot haat en geweld naar aanleiding van de spanningen in Turkije. Unia volgt die op en onderzoekt of er daadwerkelijk sprake is van hatespeech en of de bewuste berichten oproepen tot geweld.”

 

Verder lezen we in uw persmededeling ook: “Deze sentimenten (in de vorm van teksten of symbolen) mogen niet leiden tot het aanwakkeren van haat of het aanzetten tot geweld of discriminatie. Dat geldt voor alles wat verschijnt op onlinefora en sociale media, en ook voor wat op straat wordt gezegd.

 

De krant La Capitale bracht op 20 juli online een bericht met als inleiding: “Ce 16 juillet, durant la tentative de coup d’État en Turquie, des policiers ont autorisé un manifestant turc à utiliser le haut-parleur de leur voiture de patrouille, lors du rassemblement en soutien au président Recep Tayyip Erdogan devant l’ambassade, rue Montoyer à Bruxelles.

 

Dat daarvoor politiemateriaal wordt uitgeleend, is onbegrijpelijk maar is een probleem dat niet binnen uw bevoegdheid valt. De woorden die door die luidspreker werden uitgesproken kunnen echter moeilijk anders begrepen worden dan als oproepen tot haat en geweld.

 

In mijn tussenkomst in de plenaire Kamerzitting van 20 juli heb ik enkele citaten uit die oproep (vertaald in het Nederlands) gegeven:

 

“God, ruïneer/breng ten onder die verraders die van binnen en buiten tegen het voortbestaan van ons vaderland zijn. Amen! Breng hen ten onder! Amen! Breng hen ten onder! Amen!

 

God, sla diegenen die met allerlei verraderlijke plannen onze eenheid en onze samenhorigheid willen verstoren naar het hoofd. Amen!

 

Ruïneer/breng ten onder diegenen die ons willen splitsen, diegenen een coup willen plegen op ons! Amen! Breng hen ten onder! Amen! Breng hen ten onder! Amen! “

 

Mensen die zich door deze tekst laten inspireren, zullen uiteraard zeer gemakkelijk overgaan tot intimidatie of zelfs geweldplegingen tegen de zogenaamde vijand.

 

Ik vraag u om deze concrete zaak ten gronde uit te spitten en de gepaste acties te ondernemen.

 

Gelieve mij ook op de hoogte te brengen van het resultaat van dat onderzoek.

 

Hoogachtend,

 

Peter De Roover

Voorzitter kamerfractie N-VA

 


Van Unia ontving ik volgend antwoord op mijn brief.

 

Geachte heer,

 

U diende bij Unia een melding in met betrekking tot de gebeurtenissen die werden beschreven op de website van La Capitale in het artikel “Bruxelles: des policiers ont prêté leur voiture de patrouille à des manifestants turcs, une enquête administrative est ouverte” (20/7/2016). Op basis van uw melding opende Unia een dossier met referentie DOS-16-01609.

 

Unia is een onafhankelijke interfederale openbare instelling gespecialiseerd in het gelijkekansenbeleid en het non-discriminatiebeleid. Zijn opdracht, gebaseerd op de mensenrechten, is om gelijke kansen en rechten voor alle burgers te bevorderen en om discriminatie te bestrijden. Unia voert die opdracht uit met het oog op gemeenschapsontwikkeling en in een geest van dialoog, samenwerking en respect.

 

In het artikel waarnaar u verwijst is er sprake van een manifestatie op 16 juli 2016 – ter ondersteuning van de Turkse president Recep Tayyip Erdogan – voor de gebouwen van de Turkse ambassade aan de Montoyerstraat in Brussel. In de video bij het artikel, die opgenomen werden tijdens de manifestatie, zijn verschillende uitspraken te horen in het Turks. U liet een aantal daarvan vertalen en volgens uw melding zou daarin het volgende gezegd zijn: “God, ruïneer en breng ten onder die verraders die van binnen en buiten tegen het voortbestaan van ons vaderland zijn. Amen. Breng hen ten onder. Amen. Breng hen ten onder. Amen.” (een beetje later) “God, sla degenen die met allerlei verraderlijke plannen onze eenheid en onze samenhorigheid willen verstoren naar het hoofd. Amen.” (nog een beetje later) “Ruïneer, breng ten onder degenen die ons willen splitsen, degenen die een coup willen plegen. Amen. Breng hen ten onder. Amen. Breng hen ten onder. Amen.

 

De identiteit van de persoon (of personen) die de uitspraak deed (deden) is u niet bekend, of wordt alleszins niet vermeld in uw melding. U vraagt ons om deze concrete zaak ten gronde uit te spitten en de gepaste acties te ondernemen en om u op de hoogte te houden van het resultaat van het onderzoek.

 

Volgens Unia is er mogelijk sprake van het aanzettingsmisdrijf uit artikel 22 van de Wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie. Op grond van dat artikel is het strafbaar om in het openbaar aan te zetten tot haat, discriminatie, geweld of segregatie tegenover een persoon, een groep, een gemeenschap, of de leden ervan wegens een beschermd criterium – in casu politieke overtuiging – waarbij er sprake moet zijn van een bijzonder opzet in hoofde van de persoon die de uitspraken deed.

 


Unia heeft, naar aanleiding van de hierboven beschreven gebeurtenissen, bij het Parket van de Procureur des Konings in Brussel een eenvoudige klacht ingediend…


 

Unia heeft, naar aanleiding van de hierboven beschreven gebeurtenissen, bij het Parket van de Procureur des Konings in Brussel een eenvoudige klacht ingediend met de vraag om alle geëigende onderzoeksdaden te stellen die kunnen bijdragen tot de identificatie van de dader en de verdere bewijslevering inzake het aanzettingsmisdrijf en om te oordelen over de opportuniteit om tot vervolging over te gaan. Bij de eenvoudige klacht werd een vertaling bijgevoegd die Unia liet maken van het filmpje in kwestie. Hierbij dient nog opgemerkt te worden dat Unia zelf geen onderzoeksbevoegdheid heeft.

 

Ten slotte wijzen wij u er graag op dat Unia, met betrekking tot de gebeurtenissen in Turkije, en de impact ervan voor België, het volgende standpunt heeft ingenomen en de volgende principes in herinnering heeft gebracht:

 

  • Angst, ongerustheid, kwaadheid of, in het geval van een conflict, steunbetuigingen aan één van de partijen, zijn begrijpelijk en moeten uitgedrukt kunnen worden.
  • De vrijheid om een mening te hebben en die te uiten, de vrijheid om te betogen en de vrijheid om zich te verenigen worden zowel door de Grondwet als door de internationale verdragen waardoor België gebonden is beschermd en deze vrijheden laten juist toe om gevoelens en verschillende meningen tot uitdrukking te brengen.
  • Het tot uitdrukking brengen van deze gevoelens en meningen (in de vorm van teksten of symbolen) mag evenwel niet leiden tot het aanwakkeren van haat of het aanzetten tot geweld en discriminatie. Dat geldt voor alles wat verschijnt op onlinefora en sociale media, en ook voor wat op straat wordt gezegd.
  • Unia rekent op de verantwoordelijkheidszin van de moderators, actiegroepen enzovoort. Zij mogen sympathie noch begrip hebben voor degenen die de wet overschrijden met hun acties.
  • In België hebben we een vreedzame cultuur die gestoeld is op dialoog en discussie.
  • De solidariteit die in België tot uitdrukking wordt gebracht naar aanleiding van internationale conflicten – wie er ook verantwoordelijk voor is of waar ze zich ook afspelen – mag dat niet in gevaar brengen.
  • We roepen iedereen op om op een positieve manier bij te dragen, constructieve voorstellen te doen en initiatieven te ontwikkelen die zorgen voor dialoog en ontmoeting.

 

Wij hopen u hiermee van dienst te zijn geweest.

 

Hoogachtend,

 

Patrick CHARLIER                                              Els KEYTSMAN

Directeur                                                             Directeur

 

AANVULLING:

Partijgenoot Johan Van den Driessche, parlementslid van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en gemeenteraadslid van de stad Brussel, ondervroeg de Brusselse burgemeester Yvan Mayeur op de gemeenteraad van 5 september 2016.  De nieuwssite Bruzz noteert o.m.: ““Dit is gebeurd in een klimaat van neutraliteit en onverdeeldheid en met het enige doel van de gemoederen te bedaren”, zo vatte burgemeester Mayeur de uitkomst van het politieonderzoek samen. Het gebruik van politiemateriaal door de betogers zou nodig geweest zijn om een escalatie te voorkomen.

 

Voor VTM reageerde Mayeur: “Uit het gevoerde onderzoek blijkt dat de betrokken korpschef het gebruik van de luidspreker heeft toegelaten. Hij heeft dat gedaan om de gemoederen te bedaren en de nervositeit in de menigte tegen te gaan.”

 

Toen collega Van den Driessche daarop inging sloot de burgemeester af met de woorden: “Zieverderij, zievederij, zieverderij” en ging over tot het volgende punt op de agenda.

 

We begrijpen dus dat de burgemeester van onze hoofdstad het er dus mee eens is dat gemoederen kunnen worden bedaard door een haatspeech door de micro van een politiewagen te laten afsteken en dat kritiek daarop wordt afgedaan als zieverderij.

 

We blijven volgen welk gevolg het Brussels parket aan de klacht van Unia zal geven. 

 

 


 

Brief verstuurd op 20 juli 2016. 

 

Foto: logo Unia

 

TIP: Dankzij internet kunnen wij ook veel mensen bereiken buiten de klassieke media om. Help daarbij en deel dit artikel. Gewoon op de knop hieronder drukken.