Niet kiezen is verliezen

Niet kiezen is verliezen

waarom federalisme niet past voor België

Op 16 maart 2013 sprak ik voor het laatst als politiek secretaris van de Vlaamse Volksbeweging op het symposium ‘de knoop doorgehakt’. Thema: waarom is België geen federaal land en is federalisme ook geen oplossing voor het probleem dat zich in dit land stelt?

Het gebeurde in de jaren ’30, weliswaar van de 19e eeuw. In onze contreien zegevierde het separatisme met de oprichting van het jonge België. Daar woonden ook flaminganten, aanvankelijk brave en trouwe Belgen. Maar het liep fout. België bleek, alle Vlaams geduld ten spijt, geen vaderland om te beminnen. Flaminganten gingen prompt zwaaien met spandoeken met daarop de eis ‘zelfbestuur’. Ook ten zuiden van de taalgrens werd wel eens eigen ademruimte opgeëist. De formule die de oplossing zou brengen, heette federalisme.

 

De wereld telt vandaag 26 federale landen, 26 eigen verhalen ook. De Belgische variant valt echter heel erg uit de toon. We noemen onze ‘oplossing’ graag eufemistisch creatief om onszelf te troosten.

 

De veelvuldige vergrendelingen of naast elkaar bestaande gewesten en gemeenschappen werden duidelijk niet elders afgekeken. Een gemiddelde federatie telt 20 deelstaten. De VSA komen aan 50+1, Duitsland 16, Oostenrijk 8. En België? Tja, “drie volgens de rijkswacht, vier volgens de organisatoren”, zullen we maar zeggen. We weten het zelf niet zo goed en zijn er niet eens uit of we überhaupt wel deelstaten hebben.

 

België valt helemaal buiten het ‘normale’ federale model qua verhouding tussen het aantal inwoners van de grootste deelstaat en het land zelf. Vreemd dat daaraan nooit aandacht wordt besteed. Voor de VSA ligt die op 12%, Duitsland komt aan 22%, exact het gemiddelde voor 25 federale staten.

 

Ver boven alle andere federaties, op eenzame en onbereikbare hoogte, pronkt België. Zelfs beperkt als gewest scoort Vlaanderen ruim 60%. Vergeleken met het gemiddelde ligt ons cijfer haast drie keer hoger, wereldwijd ongezien.

 

Dit is geen onschuldig rekenspelletje. Uiteraard kennen deelstaten in federaties met vijf keer meer inwoners hun eigen rol. Ze staan dichter bij de bevolking, de federatie biedt schaalvoordelen.

 

Maar waarom twee overheden op zo’n korte afstand van elkaar als Vlaanderen en België? België biedt geen schaalvoordelen, Vlaanderen staat cijfermatig niet dichter bij de bevolking. Ze zijn van nature veroordeeld om concurrent te zijn en koesteren logischerwijze dezelfde ambities omdat ze behoren tot dezelfde gewichtsklasse. Vlaanderen is te groot voor België, België te klein voor Vlaanderen. Ze schaffen wederzijds elkaars bestaansreden af.

 

Mede daarom is het Belgische model intrinsiek instabiel, zit de botsing tussen de overheden er ingebakken en is het onbegonnen werk om tussen die tegen elkaar klevende overheidsniveaus klare lijnen te trekken.

 


Twee fornuizen installeren in één gezinskeuken levert geen lekkerdere maaltijden op maar wel een hogere gasfactuur.


 

De prijs voor die bestuurlijke filevorming is hoog. Vlamingen (voor zo ver ze niet in Brussel wonen) kennen haarnauw tegen elkaar aanschurkend twee volwaardige en uitgebouwde overheden, twee parlementen, twee regeringen, twee administraties, twee regelgevers, twee belastingsdiensten, twee van alles en dat absoluut niet voor de prijs van 1.

 

De gevolgen vertalen zich in de combinatie massale overheidsschuld/ hoog overheidsbeslag/ondermaats functionerende publieke sector. Twee overheden uitbouwen op één zakdoek leidt tot verspilling van middelen en democratische inefficiëntie. Twee fornuizen installeren in één gezinskeuken levert geen lekkerdere maaltijden op maar wel een hogere gasfactuur.

 

Die prijs betalen wij voor het gebrek aan politieke moed. Belgische staatshervormingen bouwden nieuwe overheden uit zonder bestaande te ontmantelen. De Vlaamsgezinden vroegen en kregen Vlaanderen; de Belgischgezinden wilden en mochten België behouden. België blonk ook op dit terrein uit in het maken van geen keuze.

 

Slogans als ‘Meer Vlaanderen binnen een sterk België’ hebben alles van de kermiskreet ‘altijd prijs, altijd gewonnen’. Iedereen kent de betrouwbaarheid daarvan. Slechts door een keuze te maken, bevrijden we ons uit deze bestuurlijke verstikking. Geef mij maar een volwaardige Vlaamse staat zonder Belgische koepel. Maar wie terugschrikt om België te beëindigen, moet resoluut de afschaffing van gewesten en gemeenschappen eisen. Dan smijten we uiteraard ook alle grendels, pariteiten en verzekerde vertegenwoordigingen overboord. Je bent Belg of je bent het niet.

 

Vandaag zitten we opgezadeld met twee overheden op een niveau waar voor inwoners van alle andere landen één volstaat. De last van die ‘luxe’ kunnen we ons echt niet langer veroorloven.

 

Samenvatting van de toespraak op 16 maart 2013 voor het VVB-symposium ‘De knoop doorgehakt’. De volledige tekst (+ foto van man met baard) is hier te vinden.