De toestand in Gaza

De toestand in Gaza

 

Vraag van de heer Peter De Roover aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen, over "de toestand in Gaza".

Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, wij zijn deze week allemaal diepmenselijk geschokt omdat een probleem dat een politieke oplossing vraagt, eens te meer mensenlevens heeft gekost en menselijk leed, angst en geweld heeft veroorzaakt.

Die vaststelling is een zaak, de snelheid waarmee velen in de media en de sociale media, maar ook leden van dit Huis, hebben gemeend een snel oordeel te kunnen vellen over goed en kwaad heeft mij, en ik wik mijn woorden, sterk verbaasd. Ik stel hier opnieuw vast dat mensen vragen om een internationaal onderzoek te steunen, maar dat ze al tot een besluit zijn gekomen. Heel vreemd, want men hoeft toch niet om een onderzoek te vragen als men het resultaat al kent.

Ik meen dat de houding van de Vlaamse minister-president bijzonder evenwichtig en correct was, net zoals trouwens de reactie van de premier die heeft gevraagd om dat onderzoek te voeren. Alle partijen hebben hier boter op het hoofd en ik denk dat het aan de feiten geen waarheid doet om hier helden uit te roepen. Ik ben trouwens met een aantal collega's in de Gazastrook en op de Westelijke Jordaanoever geweest en ik ben met andere collega's in de Knesset geweest.

Het is misschien goed om het mentale kader mee te geven waarbinnen een en ander te situeren is. Dat past zeker in dit heel kalme kader, waar niemand van de aanwezigen ook maar enig idee heeft van de mentale toestand waarin zowel de Palestijnen als de Israëli dagelijks verkeren.

De Palestijnen en de Israëli lijken daarin enorm op elkaar. De mentale toestand waarbinnen deze feiten hebben plaatsgevonden, is de volgende. Zij menen beiden dat empathie een vorm van zwakheid is die met vernietiging zal worden bestraft. Het is binnen dat kader dat het echte strijdtoneel heeft plaatsgevonden.

Oplossingen zijn hier moeilijk. Wie hier de indruk wil wekken dat wij met een vingerknip of een gemakkelijke uitspraak de vrede en de oplossing dichterbij brengen, verkoopt een illusie.

In de huidige omstandigheden heeft Europa misschien mogelijk als allerlaatste nog een zekere geloofwaardigheid bij beide partijen. Mijnheer de minister, in welke mate kunt u bijdragen om vanuit die unieke Europese positie aan die toestand te verhelpen? 

------------------------------------------------------------------------------------------------------------

De manier waarop hier door de heer Van der Maelen op de meest platvloerse manier misbruik wordt gemaakt van de gebeurtenissen in de Gazastrook om aan partijpolitieke profilering te doen, is absoluut stuitend. Maar niet verrassend.

Wij staan voor de tweestatenoplossing, omdat Israël wel degelijk alle recht heeft op een eigen staat, wat evengoed geldt voor de Palestijnen. Dat zeg ik met de allergrootste stelligheid.

Ik denk dat wij er met Europa voor moeten zorgen een geloofwaardige brug te zijn – enkele suggesties van de oppositie kunnen daartoe een hinderpaal zijn – in de onderhandelingen. Sta me toe om daarbij tussen haakjes een realiteitscheck te doen, want vanuit Europa met één stem spreken, zal nog de nodige inspanningen vergen; daarvoor moeten we de ogen openhouden.

Ik heb zowel hier als buiten ons Halfrond hoogdravende woorden gehoord. Ik vermoed dat men straks in het volkshuis of jeugdhuis breed zal opscheppen over de heldhaftigheid waarmee de hoogste idealen hier werden verdedigd – met een beetje geluk gebeurt dat met een longdrink op een zonovergoten terras. Vanavond echter kijken die verdedigers van de hoogste idealen in de spiegel. Daarbij rijst de vraag of de interventie de oplossing één millimeter dichterbij heeft gebracht, of de vrede één dienst werd bewezen. Wie daarop vanavond voor de spiegel ja antwoordt, kijkt in de ogen van een huichelaar.

 

Plenaire vraag van 17 mei 2018

Foto: Belga