Hoe Van Quickenborne zijn hand overspeelde

Hoe Van Quickenborne zijn hand overspeelde

Geachte (digitale) vrienden,

Het druilerige weer laat maar beperkt vertier buitenshuis toe maar gelukkig is er deze wekelijkse zaterdagklus en dus kruip ik wederom in mijn pen voor onze wekelijkse afspraak voor het parlementsoverzicht.

Eind vorige week kreeg ik een telefoontje over ene Johan Daumerie. Die 49-jarige Dilbekenaar beleeft op dit moment een ware kafkaiaanse nachtmerrie in de Verenigde Arabische Emiraten. De ondernemer werd naar eigen zeggen gepluimd door zijn lokale zakenpartner, een telg uit een invloedrijke zakenfamilie, die hem vervolgens mondeling aanklaagde voor ‘bad faith’. Na wat alles had van een schertsproces van enkele minuten werd hij veroordeeld tot een celstraf van minimum één maand en een geldboete van 230.000 euro. Hij kon de aanklacht en het vonnis niet inkijken en weet dus nog steeds niet waarvoor hij juist werd veroordeeld. Daumerie zit inmiddels al elf maanden paspoortloos vast in een hotelkamer, met maar weinig hoop op een oplossing.

Ik had hem dinsdag aan de lijn en nam meteen contact op met de ambassadeur in de VAE en schreef minister van Buitenlandse Zaken Sophie Wilmès (MR) aan met de vraag om hem alle mogelijke hulp te bieden en aan te dringen op een correcte juridische afhandeling. Als politicus oordeel ik uiteraard niet over juist of fout in een concreet dossier voor de rechtbank maar het recht op afhandeling volgens de regels van de rechtsstaat, daar hebben landgenoten ook in het buitenland recht op. Dinsdag stel ik hierover ook een mondelinge vraag aan Wilmès in de commissie Buitenlandse Zaken.

Lege regeringsbanken

Op vraag van deze meerderheid, wier 20 excellenties met de nodige wetsontwerpen hun vlijt willen bewijzen, stonden er deze week twee plenaire zittingen op de planning. Uit welwillendheid en politiek fatsoen zijn wij vanuit de N-VA ingegaan op die vraag om hun urgente wetsontwerpen op een ongebruikelijke manier te behandelen en daarvoor commissiezittingen te verplaatsen.

Tot mijn grote ontsteltenis bleek er woensdagnamiddag bij de bespreking van de wet diverse bepalingen – zoals de naam insinueert: een wet met ‘van alles’ in – geen enkel van de 20 (!) excellenties in het halfrond aanwezig. Niemand (!) om het standpunt van de regering te verdedigen in antwoord op de vragen van de Kamerleden, zoals dat hoort te horen in een deftig parlementair debat. Collega Joy Doné moest zijn opmerkingen kwijt aan lege regeringsbanken. Een dergelijke minachting voor het parlement heb ik in mijn zeven jaren in de Kamer niet eerder gezien. Daarom eiste ik de aanwezigheid van een minister en na wat tegenstribbelen moest de meerderheid de werkzaamheden schorsen.

Minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) mocht het gat weer komen invullen nadat hij enkele weken geleden al dringend moest opgetrommeld omdat niemand van de regering in de Kamer aanwezig was om een urgentievraag te verantwoorden. Excellentie Ludivine Dedonder (PS) wou daarvoor niet terugkomen uit de vestiaire en dus was Van Peteghem ook toen de kolen-uit-het-vuur-schepper van dienst.

Liever pers dan Kamer

Van Peteghem moest vervolgens een rist aan wetsontwerpen beginnen verdedigen, ook die niet onder zijn bevoegdheid vallen. Het meest frappante voorbeeld van compleet misprijzen voor het parlement kwam bij de bespreking van het wetsontwerp van minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD) om veroordeelden ook celstraffen onder de drie jaar ook daadwerkelijk in de cel te doen uitzitten. Bij de aankondiging van dit plan, waar voor de concretisering aardig wat vragen te beantwoorden zijn, stond ‘Quickie’ op tal van voorpagina’s en gaf hij bij een persconferentie driftig molenwiekend tekst en uitleg aan wie het maar horen wilde.

Nu de tekst besproken werd in het halfrond, blonk hij echter uit in afwezigheid. Weinig collegiaal stuurde hij zijn antwoorden op onze vragen naar Van Peteghem en die las ze vervolgens af van zijn tablet. Collega Sophie de Wit, die dit dossier als geen ander kent, was terecht bijzonder kwaad. De situatie werd echter nog grotesker. Terwijl wij dit belangwekkend stuk wetgeving aan het bespreken waren, verscheen een jolige tweet van de minister die een regenboogvlag omhooghoudt met daarbij de tekst ‘Ik weet voor wie ik supporter vanavond. #LGBTQI+ #GERHUN’. Wij wisten wie afwezig was in de Kamer.

Ik heb genoeg adjectieven in petto om dit gedrag van minister Van Quickenborne te omschrijven, maar om het risico te ontlopen door paars-groen vervolgd te worden voor ‘haatspraak’, zal ik ze maar achterwege laten. Laat het echter duidelijk zijn: deze regering bulkt van de grote woorden over respect voor het parlement, maar behandelt de wetgevende macht als quantité négligeable. Veel blabla, weinig boemboem, om het wat minder omfloerst te zeggen.

Staatssecretaris Sammy Mahdi (CD&V) liet zich bij zijn wetsontwerp ook door zijn kat, luisterend naar de naam Vincent, vertegenwoordigen zodat Yoleen Van Camp in debat moest met de Ipad van Van Peteghem.

Nous partageons ce souci

Daags nadien waren we vanaf de ochtend opnieuw in het halfrond aanwezig, om onder meer de begroting van Justitie te bespreken. Je zou denken dat minister Van Quickenborne zich na zijn bijzonder ongepast gedrag wat bescheiden zou opstellen. Niets was minder waar. Hij vorderde zowaar collega De Wit, terwijl Sander Loones als eerste namens onze fractie sprak en het aantal aanwezigen in de zaal door de corona-maatregelen beperkt is. Sophie stond klaar in de coulissen en waste de minister van justitie daarna keurig maar zeer raak de oren over zijn minachting voor het huis van de democratie.

Later op de dag wou ik dat bij Villa Politica nogmaals aankaarten maar de eindredacteur vond het thema niet interessant genoeg. Voor alle duidelijkheid: het thema = minachting van de regering voor het parlement = volgens Villa Politica niet interessant genoeg! Ook andere media besteedden er de dagen nadien amper - één stukje in De Tijd - aan. Hoe de Vlaamse media democratische verglijding lijkt te ontkennen ten faveure van de waan van de dag, is een zeer droeve vaststelling.

Bij de meerderheidsfracties begint de dédain van de regering-De Croo voor het parlement wel stilaan weerstand op te roepen. Ik diende een ordemotie in om te eisen dat bij de bespreking van een wetsontwerp het betrokken regeringslid altijd - tenzij overmacht - aanwezig is. In de wandelgangen en via sms berichtten collega’s uit de meerderheid me dat ik dik gelijk had om de regering hier op de vingers te tikken.

Zelfs PS-fractievoorzitter Ahmed Laaouej toonde begrip: “Comme vous, nous partageons ce souci. C'est la raison pour laquelle, monsieur De Roover, je vous propose d'en faire un point à la prochaine Conférence des présidents. Nous ne manquerons pas de le soutenir, car ce qui s'est passé hier ne peut pas se reproduire.” U leest goed: de hoofdman van de PS-groep in de Kamer zegt letterlijk over de afwezigheid van ministers woensdag: “want wat gisteren gebeurd is, mag niet meer gebeuren”. Van Quickenborne heeft zijn kaarten toch overspeeld blijkbaar. Gelukkig voor hem was dit nieuws ‘niet belangrijk genoeg’ voor de pers.

Machteloze MR

Tijdens de woensdagsessie bevroeg ik minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen) over haar dogmatische obsessie met kernenergie, waar ze te allen koste vanaf wil. Dat laatste mag u best letterlijk nemen, want de voorspelling is dat we met het huidige beleid in januari 2022 ruim 50% meer zullen betalen dan acht maanden geleden. Bovendien berekende het Planbureau dat door het bouwen van nieuwe gascentrales, waar Van der Straeten helemaal achter staat, onze CO2-uitstoot zal stijgen. Je zou denken dat een minister van een ecologische partij dan twee keer zou nadenken, maar die partij en haar leden zijn dermate ver van het padje af dat ze zich niet laten leiden door de realiteit. U mag trouwens Alexander De Croo (Open VLD) en Egbert Lachaert (idem) bedanken om met deze ecofundamentalisten in zee te gaan.

Opmerkelijk in die zitting was vooral het tegengas (pun intented) van Marie-Christine Marghem (MR), die zich in geen onduidelijke termen uitsprak tegen de uitleg van de minister. Aangezien minister Van der Straeten geen aanstalten leek te maken om op de kritische vragen van Marghem te antwoorden, kon ik me beperken tot: “Mevrouw de voorzitster, ik weet niet of de minister nog het

woord zal nemen, maar de opmerkingen van mevrouw Marghem zijn natuurlijk wel relevant. Ik nodig de minister alvast uit daarop te repliceren, want haar antwoord interesseert mij ten zeerste.”

Daarop begon Van der Straeten, verplicht om haar sessie ‘mijn neus bloedt’ te onderbreken, te zeggen dat ze het regeerakkoord volgt. Marghem zei net daarvoor zich ook op datzelfde regeerakkoord te baseren. Mijn repliek: “Mevrouw de minister, u zou natuurlijk pas echt de pers alarmeren wanneer u zou zeggen dat u het regeerakkoord niet uitvoert. In die zin geeft u een weinig spectaculair antwoord. Het is veeleer een handige manier om niet te reageren. Ik noteer alleszins dat in bepaalde omstandigheden alles kan worden herbekeken. Heb ik het zo goed begrepen?” Op mijn aandringen besloot ze knarsetandend dat het alsnog (ook technisch) mogelijk is dat de laatste twee kerncentrales toch open blijven als niet aan de voorwaarden voldaan is. Tja, een zoethouder voor de MR want intussen zorgt Van der Straetens beleid voor voldongen feiten.

In een tweet stelde Marghem trouwens al even duidelijk dat het huidige energiebeleid zo niet verder kan. Nog maar eens lijkt MR nog af en toe de enige stem van rede te zijn binnen de meerderheid maar dan wel een machteloze stem want de regeringsboot vaart stelselmatig de andere richting uit aangezien Open VLD de ‘zusterfractie’ de dunne blauwe lijn alleen laat bewaken.

Twee socialistische vakbonden

Dat deze week bleek dat we niet alleen in een land leven met twee democratieën maar ook in een land met twee socialistische vakbonden wil ik ook nog graag opmerken. FGTV/ ABVV ziet het Belgische eenheidsrefreintje door schrille fluittonen verstoord wanneer de leden zich in een raadpleging zelf mogen laten horen. Tachtig procent van de FGTB’ers vindt het regeringsbeleid van-De Croo nog niet links genoeg maar die werden door hun Vlaamse kameraden weggestemd want die stellen de ontblauwing van De Croo wel genoeg op prijs.

En om het amateurisme van de regering nog eens te illustreren keek staatssecretaris Eva De Bleeker (Open VLD) verrast op toen haar op het einde van de zitting donderdag gevraagd werd een urgentievraag van de regering te motiveren. Nu was er wel een regeringslid aanwezig maar werd ze weer niet geïnformeerd over wat er moest gedaan worden. Soms overvalt me een gevoel van diep medeleven met sommige regeringsleden.

U, beste ijverige lezer die het tot hier heeft getrokken, wil ik hartelijk danken voor uw blijvende aandacht voor het politieke proces en uw steun.

Bij leven en welzijn tot volgende week!

Dit weekoverzicht verscheen op Facebook op 26 juni.