Over Turkije, die andere ‘bondgenoot’
De sterkte van IS (Daesh) is duidelijk. Iedereen in de wereld kant zich tegen dat zogenaamde kalifaat maar iedereen heeft minstens één tegenstander die meer prioriteit verdient. Gevolg: niemand gaat echt voluit tegen IS dat zich dan ook vrij gemakkelijk kan handhaven.
Dat zogenaamde bondgenootschap tegen de terreurorganisatie die onder meer verantwoordelijk tekende voor de aanslagen in Parijs en boven de Sinaï maar ook vele aanslagen in het Midden-Oosten pleegt, vormt een bijzonder vreemde bende. Eerder een bont genootschap dan een bondgenootschap moeten we spijtig genoeg vaststellen. Tot de dag dat ze samen aan één anti-Daeshzeel trekken, blijft alle retoriek tegen het kalifaat van IS machteloos geblaat.
Vorige week ging het veelvuldig over ‘bondgenoot’ Saudi-Arabië, notoir mensenrechtenschender en tegenstander van IS maar toch vooral gefocust op de eerste vijand: Iran. Iran is trouwens ook een ‘bondgenoot’ in de coalitie tegen IS. In het weekeinde kwam die andere ‘bondgenoot’ Turkije nog eens extra onder de aandacht want dat land sloot een akkoord af met de Europese Unie.
Turkije doet het qua mensenrechten niet zo manifest slecht als Saudi-Arabië maar vrije meningsuiting, minderhedenrechten, vrije pers… het zijn begrippen dit in het land van president Erdogan alleen maar een wrange bijsmaak oproepen. Bovendien: de houding van ‘bondgenoot’ Turkije tegenover IS lijkt zeer problematisch. Ook Ankara heeft een meer prioritaire vijand, te weten de Koerden die in Irak en Syrië vormen van zelfbestuur konden realiseren. We zwijgen dan nog over de botsing met Rusland, nog een ‘bondgenoot’.
Bovendien duiden nogal wat betrouwbare internationale vaktijdschriften Turkije aan als doorgeefluik voor de olie-uitvoer van Daesh. (En voor wie het plaatje nog wat ingewikkelder wil zien worden: ook Koerdische tussenpersonen zouden in dat handeltje een vooraanstaande rol spelen.)
Hoe schizofreen kan internationale politiek worden? Zo schizofreen.
Anderzijds is ook Turkije onmisbaar als de strijd tegen IS ooit moet gewonnen worden. Hoe schizofreen kan internationale politiek worden? Zo schizofreen. Bovendien kan Turkije een belangrijke rol spelen in het beheersen van de vluchtelingencrisis. Vooral omdat de Europese Unie er niet in slaagt de onderlinge afspraken te doen naleven, waardoor onder meer Griekenland een buitengrens vormt die lek is als een zeef, krijgt het regime Erdogan zowaar een hoofdrol toebedeeld bij het beheersen van de asielstroom. De Duitse bondskanselier Angela Merkel is daarvoor zelfs als het ware op bedeltocht naar Ankara getrokken, net voor de Turkse verkiezingen.
Voorbije weekeinde kwam er daarover een akkoord tot stand tussen Turkije en de EU. ‘We mogen niet naïef zijn’, verklaarde premier Charles Michel na afloop. Als de Turken hun afspraken niet strikt nakomen, vervalt ook ons deel van het akkoord, verduidelijkte hij. Michel en onze regering zijn inderdaad niet naïef geweest. Mede dankzij ons verzet, onder meer bijgetreden door Nederland, kon vermeden worden dat er ook nog eens 400 000 vluchtelingen uit Turkse kampen bijkomend naar Europa zouden worden overgeheveld. Dat al te gekke ideetje van mevrouw Merkel haalde de eindstreep niet.
Op andere onderdelen van het akkoord kon premier Michel minder zwaar doorwegen. De Turkse beloften ogen mooi maar de tegenprestaties die wij moeten leveren zijn niet van de poes. De N-VA zit in de meerderheid in dit land maar vormt niet de meerderheid. Dus moet er binnen de regering altijd serieus onderhandeld worden om het beleid ook voldoende duidelijk in de richting te trekken die wij verkiezen. Dat lukt altijd maar uiteraard ook altijd ook maar ten dele. Wanneer de besluitvorming echter in Europees vaarwater terecht komt, zitten wij doorgaans gewoon in de oppositie. Die harde waarheid mag niet uit het oog verloren worden.
Voor het Nieuw-Vlaamse Magazine schreef ik enkele weken geleden een tekst over Turkije, waaruit ik deze paragraaf overneem: ‘Toch moeten we ons belang op lange termijn in het oog houden. Als Europa zich laat chanteren door het dreigement vluchtelingen in te zetten om te destabiliseren, is het einde zoek. Machtsmensen als Erdogan voelen haarscherp aan wanneer ze op zacht vlees stoten. Wat radeloos beloften doen over lichtere visumverplichtingen of zelfs de toetreding van Turkije bij de EU, zoals sommige Europese leiders lijken te doen, kunnen ons op langere termijn heel zuur opbreken.’
Vorig weekeinde is het evenwicht in onze relatie met Turkije in de slechte richting verschoven. Zoals de premier zegt: we mogen niet naïef zijn. Dat brengt ons vandaag bij de noodzaak om de afspraken die werden gemaakt nauwlettend op te volgen en er op toe te zien dat er geen soepelheid aan de dag gelegd wordt bij de uitvoering van de afgesloten akkoorden. Een voorbeeld: het beloofde geld moet bij de UNHCR terecht komen, de organisatie van de Verenigde Naties die instaat voor de ondersteuning van de vluchtelingenkampen, en niet bij de Turkse overheid.
Machteloos roepen aan de zijlijn is geen alternatief maar proberen onze kleine macht nuttig aan te wenden, blijft een gevaarlijke wandeling op een smal pad langs een diepe afgrond.
Hier geplaatst op 1 december 2015.
Foto: Ahmet Davutoglu & Donald Tusk © AP
TIP: Dankzij internet kunnen wij ook veel mensen bereiken buiten de klassieke media om. Help daarbij en deel dit artikel. Gewoon op de knop hieronder drukken.
- Login om te reageren