Getroebleerde stilte voor de storm

Getroebleerde stilte voor de storm

In de laatste rechte lijn richting ‘State of the Union’ - de regeringsverklaring op de tweede dinsdag van oktober - legt de regering traditiegetrouw de laatste finaliteiten voor de beleidsverklaring vast. In blijde maar toch eerder angstige verwachting van de beslissingen van de regering beleefde ik een relatief rustige maar daarom niet minder interessante week.

Maandag rolde een antwoord binnen van het Federaal Instituut voor de Rechten v/d Mens (Firm) op mijn vraag of het aanhoudende coronaregime in de Kamer, waarbij slechts 39 van de 150 leden in de plenaire aanwezig mogen zijn, niet zo stilaan op de schop mocht wegens botsend met de fundamentele beginselen van de parlementaire democratie.

U kon hier eerder al lezen dat Firm-directrice Martien Schotsmans in haar respons de argumentatie om de Kamer nog langer in afgeslankte vorm te laten functioneren stevig onderuit haalde. Los van het arbitraire aantal stelt zich vooral een meer fundamenteel probleem. Artikel 60 van de Grondwet zegt immers dat de uitvoerende macht (in deze een ordonnantie van de Brusselse regering en het daarop gebaseerde politiebesluit) de werking van de wetgever niet kan bepalen, wat eigenlijk de logica zelve is. Sommige collega’s van de meerderheid - vooral de groen gekleurden - doen zich echter graag heiliger voor dan de paus, waardoor er haast nergens nog strengere maatregelen gelden dan net in de Kamer. Intussen werd het aantal opgetrokken tot 67, maar voor de beleidsverklaring van aanstaande dinsdag ga ik er van uit dat we terug op een vol huis mogen rekenen. Ik

Barsten in de pantser van meester Frank

Onze fractie is al langer een luis in de pels van minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit), wiens harde lijn tijdens de coronacrisis hem heel wat vrienden en vijanden opleverde. Hoewel hij ontegensprekelijk hoog intelligent zijn departement bestiert en er binnen deze amateuristische regering op intellectueel niveau bovenuit steekt, laat hij toch ook serieuze steken vallen. Zo draaide hij, in een fiere socialistische traditie, het afgelopen jaar de geldsluizen al te royaal open bij de financiering van het federale testplatform. Collega Frieda Gijbels spitte die zaak naar boven en interpelleerde hem donderdag stevig.

Het federale testplatform betreft een netwerk van aan universiteiten verbonden labs dat werd opgestart om de testcapaciteit uit te breiden. Private labs waren daarbij blijkbaar niet goed genoeg. Om dat te financieren stak het niet op een euro meer of minder maar in realiteit werden ze ook betaald voor tests die ze nooit hebben moeten uitvoeren. Dit kwam eerder op de week in de media dankzij het betere speurwerk van HLN-journalist Jeroen Bossaert, voortbouwend op Frieda’s aanhoudende vragenstellerij, al werd het vreemd genoeg niet veel breder opgepikt.

De fondsen door de nooit uitgevoerde testen in de universitaire labs van “huisvirologen” Marc Van Ranst, Herman Goossens en andere Emmanuel André’s werden gebruikt om andere putten te dempen. Collega Gijbels hekelde terecht dat er pas actie werd ondernomen na haar vragen en de media-aandacht. Is dat de manier waarop men met belastinggeld omgaat? Het toont tevens aan dat wanneer een overheid zich laat leiden door experts, ze best heel zeker is dat deze niet twee petten dragen. Bovendien, merkte Frieda op, wat moeten andere ziekenhuizen die niet konden rekenen op die alternatieve financiering daar van denken?

Het was niet de beste dag van Vandenbroucke. Normaal mogen medische taken, zoals het toedienen van vaccins, enkel vervuld worden door artsen en verpleegkundigen maar een federale noodwet laat toe dat vaccinatiecentra ook andere mensen kunnen inschakelen, zoals artsen in opleiding, apothekers, tandartsen en dierenartsen. Dit was noodzakelijk om voldoende geschikt personeel te kunnen inschakelen in de vaccinatiecentra, die overigens door de Vlaamse regering en de lokale besturen perfect waren georganiseerd.

Nu, die noodwet liep af op 1 oktober, en terwijl in vaccinatiecentra de derde prikken zo stilaan de deur “uitvliegen” bleken die extra medewerkers opeens in een juridisch vacuüm te opereren. Ze zijn de facto niet langer beschermd in het geval iets misloopt en iemand klacht neerlegt. Zij hebben geen juridische omkadering. “Hoe kan het nu dat u die medische vrijwilligers die het beste van zichzelf gegeven hebben, in de steek laat? Hoe kan het dat u hun wetgeving niet verlengt? Hoe kan het dat u er niet voor zorgt dat die wetgeving in orde is? Hoe komt het dat u dat niet hebt gedaan?”, klonk het terecht verontwaardigd bij collega Kathleen Depoorter. De vaccinatiecentra verliezen daardoor veel helpende handen en de druk verschuift dan helemaal naar een nu al overbelaste reguliere zorg.

Voelde Vandenbroucke zich te zeer in het nauw gedreven? Hij verweet collega Depoorter dat ze pleit voor de verlenging van een wet waar ze eerder tegen gesteld had. Pardon? Ik nam het woord om even voor te lezen wie voor die wet heeft gestemd en jawel, onze commissieleden Depoorter, Gijbels en De Roover en de hele fractie bij de plenaire behandeling. Vandenbroucke was de Bijbelse toer opgegaan: er is meer vreugde voor één bekeerling… Hij zou beter de Tien Geboden er nog eens op naslaan: “mijd de achterklap en het liegen”.

Ook donderdag bevroeg collega Koen Metsu de premier over de moslimexecutieve. Dat orgaan werkt niet echt zoals het hoort, om het voorzichtig uit te drukken. Koen vroeg eerder al een grondige doorlichting. Een Pano-reportage legde deze week de nodige malversaties bloot. Koens vraag om de zaak officieel uit te spitten blijkt dus meer dan terecht en minister Van Quickenbornes straffe praat in de reportage loopt niet echt gelijk met zijn daden.

Minister Verlinden niet op het appel

Onder de Kamerstolp - daarbuiten gelukkig voor haar niet opgemerkt - beleefde ook excellentie Annelies Verlinden (CD&V) een vervelend moment. Vorig jaar beloofde de politieke neofiet een aantal thematische debatten te houden met het parlement over belangrijke topics, zoals men dat pleegt te noemen in het modern Nederlands. Eén van die onderwerpen is bijvoorbeeld de toekomst van de politie (qua statuut, aantrekkelijkheid, opleiding). Het kabinet-Verlinden beloofde het commissiesecretariaat dat ze, als voorbereiding daarop, een werkdocument zou bezorgen.

Toen de voorlopige planning voor de komende commissie verscheen, stond deze eerste thematische discussie voor afgelopen woensdag ingepland. Op maandag stelden onze fractiemedewerkers tot hun verrassing vast dat die discussie als sneeuw voor de zon van de agenda was verdwenen. Het commissiesecretariaat lichtte ons in over de reden: toen ze het kabinet naar de voorbereiding vroeg, viel het kabinet uit de lucht. Nog geen voorbereiding te bespeuren. Volgende poging over twee weken en het parlement kan weer wachten.

Politieke vernieuwing/vernieling

Woensdag kregen we dan weer een ander knap staaltje nieuwe politieke cultuur te zien in de commissie Economie. Onafhankelijk van elkaar dienden Anneleen Van Bossuyt en Vooruit een voorstel in dat moet garanderen dat slachtoffers van droogteschade vergoed worden. Er was unanieme steun voor beide zowat identieke voorstellen maar in de commissie kan maar op één voorstel verder gewerkt worden. Anneleen gaf aan dat ze gerust haar voorstel wou intrekken om samen verder te werken op dat van Vooruit en dat goed te keuren maar dat ze dan wel mede-ondertekenaar wou zijn van dat voorstel. Haar constructieve voorstel viel echter op een koude steen bij de meerderheid, en dan vooral bij Open Vld.

Het wordt helemaal absurd als je weet dat de Vlaamse liberalen tot recent volledig tegen het droogtevoorstel waren maar nu uiteindelijke mee tekende. Egbert Lachaert stak op Twitter dan nog eens een digitale maar gestolen pluim op zijn hoed; een eerder schraal maar kenmerkend schouwspel.

Ook in het dus weer iets gevuldere plenum werd de politieke vernieuwingsdrang van Vivaldi geïllustreerd. Het reglement van de kamer voorziet dat vragen over een onderwerp dat aan bod komt tijdens het vragenuurtje maar die vroeger in commissie ingediend waren, worden toegevoegd aan het debat. Men baseert zich daarvoor op de titel van de vraag. Da's al jaren zo en werd onder de Zweedse coalitie ook steeds deugdelijk toegepast, al betekent het dat de oppositie meer aan het woord kan komen.

Minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen), die zich door de stijgende energieprijzen en haar dogmatisch vastklampen aan een kernuitstap in steeds nauwere schoentjes bevindt, wordt met de regelmaat door onze energie-expert Bert Wollants in haar hemd gezet, iets wat ze klaarblijkelijk beu is. Bij het vragenrondje donderdag bleek namelijk dat na overleg tussen de kamervoorzitster en het kabinet van de minister een vraag van Bert over 'stijgende energieprijzen' niet kon worden toegevoegd aan een onderwerp over... 'stijgende energieprijzen'. Voor de parlementsleden van de meerderheid geen vuiltje aan de lucht, de ijzeren vuist der particratie aan het werk. Begrijpe wie begrijpen kan…

Ik tik deze tekst vanuit het charmante Luxemburg, de groothertogelijke hoofdstad die een bezoek zeer waard is. Wij vergaderen hier met collega’s uit Nederland en Luxemburg (en de Duitstalige gemeenschap) in Benelux-verband. Hier worden niet de grote knopen doorgehakt maar de banden die we binnen zo’n kader smeden zijn niet alleen boeiend, ze zijn ook nuttig. Eén ‘appje’ of belletje naar een Nederlandse collega die we leerden kennen en we kunnen ons rechtstreeks politiek laven aan een noordse bron.

Bij wijze van afsluiting wijs ik u graag op de drukke agenda van volgende week. Na een al te lange coronapauze neem ik maandag deel aan een debat van LVSV te Leuven, daags nadien woon ik de ‘State of the Union’ van de regering De Croo-I bij om dan woensdag mijn oppositionele duivels te ontbinden in de Kamer. Donderdag volgt de vertrouwensstemming.

Op deze pagina houd ik u alvast op de hoogte. Alvast dank om deze lange tekst tot het einde te hebben doorgeworsteld.

Bij leven en welzijn tot volgende week

Dit weekoverzicht verscheen op Facebook op 8 oktober 2021.