Zondagsmijmering: Van den hond

Zondagsmijmering: Van den hond

Blauwe lucht, kopje verse koffie, vogeltjes, appelbloesem: tuintjes moeten niet groot zijn om een paradijssfeer op te roepen.

Deze zondag is bovendien een extra zondag. Het is feest vandaag want er is een verjaardag te vieren en wel een letterlijke. Tuur wordt vandaag één jaar. Gezien Tuurs statuut van hondje moet dat met zeven vermenigvuldigd worden, wat het totaal op zeven hondenjaren brengt. Het is dus ook zowat zijn eerste communie. Het seizoen past. Alles lijkt te passen vandaag, zelfs in De Zondag verneem ik. Maar geen politiek vandaag.

Tussen Tuurs 200 gram gemengd natte en droge voeding daarnet en diezelfde portie straks, schuif ik hem wat verjaardagsnoepjes toe want van een ander komt het niet vandaag.

We zijn hier met z’n beidjes in Zeeland zodat zijn baasjes, nu dus Tuurloos, de handen even vrij hebben en eigenlijk geldt voor mijn lieftallige huisgenote een beetje hetzelfde. Tuur snuffelt hier dus door de tuin als leenhond. Ik ben dan eigenlijk een beetje leenheer.

Het klikt tussen ons, al vanaf de eerste keer dat mijn en Tuurs paden kruisten. Een hond met mensenkennis maakt ik mezelf dus graag wijs. Toen ik hem vrijdag oppikte, begroette hij me zoals steeds weer dolgeestdriftig, helikoptergewijs opwippend en, jawel, van pure opwinding druppeltjes lichaamsvocht ongecontroleerd verliezend ter hoogte van de aanzet van zijn achterpoten. Ik was ook opgetogen hem weer te zien maar hield het wél droog. Ik probeer me als leenheer van stand te gedragen.

Zeggen dat honden onbewuste klompen vlees zouden zijn, dat is flauwekul. Tuur begint niet onbedaarlijk te plassen bij elke manspersoon die in zijn blikveld verschijnt. Het is een eer wanneer Tuur voor je alle plasbeheersing laat varen, een eer die niet iedereen toekomt.

Sommige subtiliteiten ontgaan hem dan weer wel. Ik kan nu wel de hele dag verjaardagsliedjes gaan kwelen maar of ik hem daarmee aan het kleine hersenpannetje breng dat hij vandaag een kaap rondt, kan met reden betwijfeld worden. De moeite om de mail van de Koninklijke Maatschappij Sint-Hubertus, met het advies hem vandaag extra te verwennen, voor te lezen, kan ik me ook besparen. Tuur doet niet aan mails. En wanneer hij zich op de schoot wurmt wanneer ik Arthur Japin aan het lezen ben, is dat niet uit nieuwsgierigheid naar het wedervaren van Mrs. Degas. Literatuur zegt hem minder dan schootwarmte.

Soms verspreek ik me en noem hem Rikkie. Die, Rikkie dus, hield me zowat vijftien jaar gezelschap, dag-in, dag-uit. Dat slijt in. Vijf jaar geleden eindigde het voor de uitgeleefde huisvriend, dat zou dus nu, in dit geval gepast in hondenjaren bemeten, alweer 35 jaren geleden zijn.

Rikkie was een beagle, Tuur is een langharige teckel. Dat scheelt in kleur en schofthoogte en toch, soms, roep ik plots op Rikkie als Tuur aan de andere kant van de lijn gekkigheden dreigt uit te vreten. Dan schaam ik me een beetje, want lijkt het alsof Tuur onrecht wordt aangedaan. Anderzijds, daardoor is Rikkie toch niet helemaal weg, en dat is ook een fijne gedachte.

Technisch maakt het overigens geen brok uit want Tuur luistert toch niet als ik Rikkie roep. Bij het woord Tuur evenmin. Die lange oren dienen eigenlijk om de ogen te beschermen wanneer hij snuffelend door het gras struint maar als ware het een stap achteruit in de evolutie dienen Tuurs flappers vooral om zijn oren te beschermen tegen commando’s. Trouwens: commando’s waarnaar niet geluisterd wordt, dat is als keffen zonder te bijten. Zo bekeken lijken we best op elkaar, Tuur en ik.

Onwetend dat je verjaart, dat straks een flinke wandeling langs het water in het verschiet ligt, dat er morgen weer een teckelruil plaatsvindt, kenmerkt dat kleine hersenpannetjes of de pure onthechting, het boven wetensnietwaardigheden staan als het ware.

Er zijn grote denkers die beweren dat je wel slimmer wordt naargelang je meer weet maar niet blijer. Tuurs steun is waardeloos wanneer ik een wetsontwerp probeer te ontleden maar zijn blije getrippel werkt als zielemedicijn.

Morgen zal hij nog even opspringen wanneer ik hem weer aflever, een kort jankje zal weerklinken, om even later toch weer gelukzalig uit te blazen, op die andere canapé tussen beide echte baasjes in. Ook een hondenleven gaat verder zal Tuur filosoferen want zo veel vroed zit wel achter die natte wijsgeerneus.

En binnenkort, jawel, opnieuw opgewonden geplas wanneer ik Tuur weer oppik om samen te gaan spelen.

Geniet van uw zondag.

Facebook, 30 april 2023

Labels