Zondagsmijmering: Over uniformen
Vooraleer de tip van die sluier te lichten, blijf ik nog even in mijn autotrip waarin ik enigen onder u vorige week heb meegesleurd.
Eén lezer hoopte zowaar materieel voordeel te kunnen halen uit mijn verhaal van de teruggevonden farde met autofolders uit de jaren ‘70. Hij dorst zich tot mij te wenden met de bede na te gaan of er ook brochures tussen zitten van het merk Volvo in het algemeen en het model, ik begeef me nu op het terrein der ware kenners, P1800 in het bijzonder. Mocht dit zo zijn, vervolgde hij hoopvol, ware de hoop dat ik die hem ter beschikking zou stellen vermetel?
Aangezien het droeve antwoord op de eerste bede na nauwkeurig nazicht negatief moest luiden, verviel het aansluitende verzoek.
Gaarne had ik een folder van een Volvo P1800 uit die reeds decennia vergeten kaft gelicht en overhandigd aan een gedreven liefhebber maar het gevraagde stuk bevond zich dus jammerlijk genoeg niet in de verzameling.
Via een ander medium werd ik, zeer vriendelijk overigens, terechtgewezen omdat ik in de Renault-reeks de nummers 15 en 17 ietwat onjuist had toegepast. Deze rubriek verdient terecht de kwalificatie ‘interactief’.
Terug naar die Volvo P1800 en zelfs naar dat robuuste Zweedse automerk als zodanig, waarbij op te merken valt dat er intussen een serieuze Chinese vinger in die Zweedse pap zit wat wellicht bij niemand verbazing zal opwekken.
Volvo’s die herkende eertijds zelfs een compleet onwetende meteen. Stevig, robuust, franjeloos, veilig, Zweeds. Noem daarbij die P1800, doe zoals ik net deed en google hem, een geslaagde poging tot verfijning van de Scandinaafse stoerheid. De blonde rankheid Agneta van Abba had niets van een onversaagde, als meertouwen gelijk gespierde, zwaar besnorde Viking, maar ze paste er wel helemaal bij. Kortom, één plaatje samen.
Het woord Volvo in de zoekbalk intikkend, verschenen afbeeldingen van de huidige generatie van dat merk. Ik ga het zeggen zoals het is: ik zou hem niet meer als zodanig herkennen op straat, tenware aan het merkplaatje. Zelfs Volvo produceert wagens van de categorie één uit een dozijn.
Spreekt hier een leek? Steeds op de hoede voor de onverschrokkenheid waarmee onkundigen meningen de wereld in plegen te smijten, opperde ik in gezelschap van autoliefhebbers aarzelend en veel ruimte latend voor tegenspraak maar toch met voldoende zin voor provocatie om reactie los te weken, dat automerken vroeger karakter hadden en nu allemaal zo kenmerkloos op elkaar lijken.
Ik oogstte volkomen instemming. Bovendien volgde ook een verklaring. Omdat stroomlijning zo belangrijk is, komen wagens op de ontwerptekentafel steeds weer uit in de buurt van die optimale vorm. Voeg daarbij de talrijke opgelegde standaard veiligheidsvoorschriften en de opvolgers van fijnproevers als Bertoni (onder meer Citroën 2CV, de geit), Pininfarina (bv Peugeot 404), Wildgaard (dé Volvo’s, de echte) en tutti quanti staan er vandaag bij als Piet Snot.
Perfecte stroomlijning, super efficiënt, uitstootvrij, aan alle standaarden voldoend en karakterloos, uniform, saai.
De autowereld? Die lijkt onwaarschijnlijk sterk op de gewone wereld.
Maar u wilde weten waaruit mijn pienterheid bleek vanochtend? Ik werd gisteren met een boodschappenlijstje de wereld in gestuurd met daarop - op het lijstje - het verzoek twee avocado’s aan te schaffen, consumptieklaar. Dat laatste is voor avocado’s geen sinecure. De beschikbare exemplaren bleken nog behoorlijk hard. Vandaar mijn beslissing ook twee bananen in te slaan en die gezellig dicht bij de avocado’s in een schoteltje te leggen. (Ik zeg nu wel ‘bananen’ maar ze blijken van een merk dat haar product niet als zodanig benoemd wil weten.)
Vanochtend bleek mijn plannetje volkomen geslaagd want de groene vruchten liggen nu zacht op nuttiging te wachten. Pienter manoeuvre hé.
De banaantjes? Daarmee beleg ik, in schijfjes versneden, mijn pistoleetje seffens, want lang gedraal verdragen de gekromde vruchten duidelijk niet meer.
Facebook, 25 februari 2024
- Login om te reageren