Zondagsmijmering: Over cakes
De jaardag ener jonge deerne vormde de aanleiding voor deze historie. Dat herdenkingen van iemands geboortedag gepaard gaan met het uitreiken van aardigheidjes allerhande vormt een even oud als te koesteren gebruik waarbij vooral grootouders de gave van het maathouden graag én bewust volkomen uit het oog willen verliezen, wetende dat een zekere materialisering van verder niet betwijfelde want veelvuldig middels woorden en geknuffel immateriële vorm gegeven liefde en aanhankelijkheid door pril nageslacht hogelijk op prijs wordt gesteld.
Ouders plegen zich daarbij toch net iets beheerster op te stellen, naar het voorbeeld dat die grootouders enkele decennia zelf in de toenmalige hoedanigheid van ouder stelden, tenzij ze - die huidige ouders - zich tekortschietend wanen in hun parentale opdracht want dan wil buitensporige verwennerij wel eens dienen als vehikel om de eigen aangetaste gemoedsrust een weinig te herstellen.
Terug naar onderhavig concrete geval. De verjaardag van de kleine meid viel op een doordeweekse schooldag en dus leek het de jonge moeder geen gek idee om een lekkere cake te bakken en die in zilverpapier gewikkeld mee te geven aan dochterlief om haar speciale dagje ook bij de schoolvriendinnetjes en -kameraadjes de gepaste luister te verlenen.
Aan de schoolpoort overhandigde de moeder het verpakte gebak aan de juf, haar de vrijheid vergunnend om het meest geschikte moment voor bedeling zelf te bepalen.
Deze - de juf - reageerde zoals het juffen pleegt te kenmerken: met een brede lach mededelend hoe fijn het is dat Sofietje - laten we het kind hier zo noemen - verjaart op zo’n stralende dag, dat zij zeker het beste maatje van de zon moet zijn als die vandaag zo blijmoedig schijnt om de kleine meid vervolgens met zachte gedecideerdheid de school in te dirigeren en de moeder daarop wenkt voor een apart onderonsje buiten de gehoorafstand van Sofietje, die overigens al verzwolgen was in een kluwen joelende geestdrift.
‘Wat zit in het pakje? Zei u een cake?’
‘Ja’, klonk het niet zonder trots want de biscuit was zeer geslaagd, ‘gisterenavond gebakken.’
‘Oh’ en er viel een korte wijle een stilte.
‘Kijk, ziet u, het zit zo’, ging het verder langs de kant van de juf die toch wat naar woorden moest zoeken, ‘ik vrees dat u de cake moet terugnemen.’
De moeder keek verbaasd en wel op zo’n wijze dat de juf zich verplicht zag tot nadere verklaring.
‘Eigenlijk willen we geen snoep in de klas. Voor een cake zouden we enige soepelheid aan de dag kunnen leggen maar uiteraard mogen we alleen cakes uit gesloten verpakking bedelen aan de kindjes. Dat is hygiënischer en dan kunnen we de gebruikte ingrediënten controleren. Dat is nu helaas onmogelijk.’
De moeder begon vervolgens, toch redelijk koud gepakt zoals dat heet, op te sommen welke grondstoffen ze ter vervaardiging van de lekkernij had aangewend.
‘Oh maar het is niet verboden om die thuis met Sofietje op te eten. Misschien organiseert u wel een verjaardagspartijtje en ik vermoed dat u deze cake dan mag aansnijden. Trouwens wie zal het daar controleren’, voegde ze er schalks fluisterend aan toe.
‘Maar hier is het ons niet veroorloofd. Ziet u, wij moeten instaan voor de veiligheid van alle kinderen. Daar kijkt de overheid streng op toe. Terecht niet? U wil toch ook dat Sofietje in een absoluut veilige omgeving school loopt hé mevrouw.’
Bij die vraag leek alleen bevestigend knikken te passen en Sofietjes moeder vertrok met in de hand een in aluminium gehuld pakje kakkelverse cake als was het een bom die elk ogenblik zou kunnen ontploffen.
Facebook, 15 september 2024
- Login om te reageren