Zondagsmijmering: Op de markt

Zondagsmijmering: Op de markt

Aiai, deze schrijfstonde vangt dus al meteen aan met het neerschrijven ener pertinente onwaarheid; het woord dat ik aanwend om het treffendere maar van meer grofheid getuigende ‘leugen’ niet re moeten bezigen. Het is tenslotte zondag en dan past mildheid.

 

Alsof iemand enig geloof zou hechten aan de insinuatie dat deze woorden te boek werden gesteld wijl bezoekende een markt. Wat u lezende bent betreft inderdaad een zondagsmijmering maar geschreven gezeten op de canapé en zodoende niet ‘op’ de markt. Ze gaat wel ‘over’ de markt.

Creatief omspringen met de feiten zou naar kwade tongen beweren een eigenschap betreffen die de ware politicus tekent.

Diezelfde kwade tongen, wier oordeel trouwens met passende terughoudendheid hoort beschouwd te worden, zullen wel moeten erkennen dat het feit dat ik mijn op het verkeerde been zettende startbewering meteen rechtzette, botst met het weinig fraaie beeld dat zij van politici willen gevormd weten.

Er zijn nog hoedanigheden die mij wellicht eerder in de rand van het politiekersheir plaatsen. Het is weinig kenmerkend voor leden mijner beroepsgroep dat ze de goegemeente belasten met al te veel tijd opslorpende bezigheden; en al zeker niet tijdens een campagne. Communicatieadviseurs plegen aan te raden om boodschappen bij voorkeur te verpakken in korte zinnen en snelle slogans, zo gesteld dat een twaalfjarige ze kan vatten. Niet alleen waarvan u nu kennis neemt, botst met elke regel aangaande doeltreffende zelfpromotie. De elk zowat of zelfs ruim een half uur durende afleveringen van mijn overzicht van de voorbije jaren in het huis van de democratie, verspreid onder de erg treffende edoch wellicht minder wervende titel ‘Olifant in de Kamer’, zet zacht gesteld geen massa’s in beweging en zal aan de seismograaf die de kiezersvoorkeuren registreert schier ongemerkt voorbijgaan.

Beschouw ze als geschenkjes aan de politieke meerwaardezoeker, deze in de lopende weken niet bepaald verwende mensensoort.

Wat me ook onderscheidt van het gild dat ik het mijne mag noemen: ik bezoek markten ook buiten campagnetijd. Normaal als kuierende koper annex mensenwaarnemer, nu hoor ik mezelf daar middels het bedelen van bedruksels aan de man te brengen bij de winkelende vrouw, al dan niet achtervolgd door hun tassen torsende man.

Ongaarne zet ik mezelf onheus in de markt - ! - maar omgekeerd, wie de eigen lof al te uitbundig zingt, verspreidt onwelriekende geuren. Dat euvel vermijd ik door niet mijn afbeelding maar wel de prentjes mijner lieftallige zielsgenote annex volop ontluikend talent aan de marktbezoeker ter hand te stellen, hen daardoor pramend haar op 9 juni met een voorkeurstem te begiftigen.

Wanneer daarop, na keuring van de toegestoken beeltenis en vervolgens verificatie van het wezen der uitdeler, opgemerkt wordt “jamaar, is dat niet uw lief?” gaat het niet meer over twee vliegen in één klap, dan zijgen de tegelijkertijd getroffen insecten in massa’s neder. Al moet ik ook erkennen dat het geopperde idee onzer relatie niet zelden ongeloof oogst en mijn ja-knik bij menig onwetende bevestigt dat politici geboren leugenaars zijn.

Tenware andere vertelstof de voorrang opeist, wil ik mijn campagnemarktwedervaren volgende week aanvullen. Laat ik alvast afsluiten met de mare dat de gebraden kip, aangeschaft aan die Kontichse kraam, ons gisterenavond in de mond is gevlogen, zodoende toch weer zo’n cliché over politici zuurstof verschaffend.

Het zij zo.

Geniet van uw zondag, op een markt of elders.

Facebook, 19 mei 2024

Labels