Zondagsmijmering: Het verkiezingsfeest
Mocht ik dit op Twitter zetten, vlogen de verwijten ‘plezierreisje’, ‘profitariaat’ of ‘op onze kosten’ me nu langs de oren. Laat ik meteen zeggen dat drie dagen oostkust, twee dagen verre westen en dan weer Europa-waarts niet vallen onder de categorie ‘ontspanning’. Ik heb niet eens een gokje gewaagd in Las Vegas en ons hotel was wellicht het enige in die stad zonder casino-vleugel.
Facebook is natuurlijk veel fatsoenlijker maar toch is een zweem van afgunst, negativisme en/of anti-politiek ook op dit medium niet helemaal afwezig.
Als goed vertegenwoordiger des volks zal ik hier dan ook rekenschap afleggen want uiteraard dienen zelfs controleurs gecontroleerd.
De tocht was interessant en hopelijk wordt ons dat niet euvel geduid maar wellicht voldoet dat niet als verantwoording.
Het verblijf was ook leerrijk en mogelijk kan dat al wel ingebracht worden als pro-argument want ook politici kunnen niet genoeg bijleren.
Als ik daar aan toevoeg dat hetgeen ik zag en leerde én de contacten met collega’s uit tientallen landen ook nuttig waren, dunkt me dat alleen geborneerde zuurstokken nog bezwaar kunnen aantekenen en met dergelijke specimen hou ik geen rekening.
Dat ik u deelachtig maak aan wat nu volgt, moge trouwens ook aan de pluskant ingeschreven worden.
Ik ging dus in de States de verkiezingen waarnemen zoals verkiezingen in vele landen, en jawel ook bij ons, door buitenlandse ‘observers’ gevolgd worden en koos voor de woestijnstaat Nevada omdat het daar wreed spannend kon worden, wat ook gebleken is.
Met een Maltese collega bezocht ik 13 kiesbureaus, van Las Vegas tot een eindje in de woestijn. In Nevada regent het zes keer per jaar - werd ons in het hotel op het hart gedrukt - en jawel, onze dag was het van datte. De ruitenwisser op onze huurauto bleek geen overbodig accessoire.
In elk ‘pollingstation’ moesten we een rapport opstellen en het pakket op het eind bij onze lokale hoofdwaarnemer indienen. Die maakt er een eindrapport van.
De ter beschikking staande senaatszetel in Nevada was alvast één van de twee laatst afgeklopte. Spannend dus maar daarover wil ik het niet hebben. De resultaten vindt u desgewenst op internet.
Over de cultuur van ‘citizenship’ die in de kieslokalen heerst, ook in dat onooglijk, afgelegen dorpje van houten barakken, caravans en aftandse chalets, daarover gaat het hiernavolgende want mogen stemmen - het moét daar niet - is voor veel Amerikanen een voorrecht waarvan ze zich ten zeerste bewust zijn.
Let op, het gaat dan over wie wél gaat kiezen. Bij de presidentsverkiezingen van 2020 lag het aantal kiezers dat een stem uitbracht rond 2/3e, bij deze zogenaamde mid-terms eender rond de 45%. Velen laten de kelk dus aan zich voorbijgaan, wie gaat doet het overtuigd en geestdriftig.
Aanschuiven in de - voor Nevada dus zeer uitzonderlijke - regen? Niks gemor, in tegendeel, feestelijke sfeer.
Als wordt afgeroepen dat iemand voor het eerst komt stemmen, barst spontaan applaus en gejuich uit. Nieuwelingen worden gevierd.
De zwaar getatoeëerde trailerbewoner - althans zo zag hij er uit - die braaf aanschoof, de knappe, als een hinde zo slanke zwarte jongedame onder wier pet lange pekzwarte dreadlocks vielen die de hagelwitte tanden bloot lachte toen ze het lokaal verliet, de jonge vader die de baby op de arm stil wiegde tijdens het stemmen, de wat oudere latino die zijn arm beschermend over de schouder legde van de zenuwachtige zoon die voor het eerst ‘mocht’, de opgetutte oudere dame die me vertelde veertig jaar geleden ontsnapt te zijn uit de Sovjet-Unie en voor de Republikeinen zegt te stemmen om te vermijden dat het met de States de richting uitgaat van haar oude vaderland, de fijne, springerige schooljuf uit California die hier voor de Democraten de boel in het oog komt houden, de strenge, Aziatisch ogende kiesbureauvoorzitter die de verrichtingen in goede banen leidt, … ze ademen democratisch engagement uit.
Voor twee onder hen maak ik wat meer ruimte vrij.
Een wagen staat geparkeerd voor de ingang van het Mountain Shadows Community Center, een vrouw komt buiten met, dat vermoed ik toch, haar moeder, moeizaam sleffend achter een rollator. De inspanning is de stokoude vrouw van het gelaat af te lezen. De wagen staat onhandig, moeder ploft buiten adem op het zitstuk van de rollator. De dochter kijkt bezorgd. Ik zeg haar dat ik de rollator zal vasthouden want die dreigt met moeder op de loop te gaan. Ze bedankt me vriendelijk en rijdt haar wagen wat vooruit, iets gemakkelijker voor de oude dame. Het duurt minuten van gekreun, moeilijk omhoog heisen, hijgend neerzinken in de passagiersstoel vooraleer de instapklus geklaard is.
De dochter dankt me nog eens wanneer ze het wandelhulpje weer van me overneemt, opplooit en in de kofferbak kiepert. De kans dat haar moeder de legislatuur waarvoor ze net haar stem uitbracht overleeft, lijkt me klein. Maar geen moeite bleek haar te groot om te doen wat ze haar plicht als burger acht: haar stem uitbrengen, al viel ze er bij neer; wat slechts ternauwernood niet gebeurde.
Enkele stembureaus verder. Door een tent naast een Athletic-Club waar we ons eerst verkeerdelijk aanmeldden, loopt warme lucht via flapperende buizen van slap plastiek. De kiezers die zich hebben ingeschreven aan de ingang, worden naar hun stemcomputer verwezen door een star-and-stripesvlaggetje in handen van een hyperkinetisch rondspringend vrouwtje. Hoop en al anderhalve meter hoog, meer ringen aan de vingers dan tanden in de mond, het lange, in een staart gebonden grijs-rossige haar zwiept heen en weer.
Bij elke kiezer die Katherine, zo heet ze laat ze graag horen, de weg wijst, kan er een haar gehavend gebit blootgevend grapje van af. Maar owee wie haar aanwijzingen negeert. Een en al plichtbewust zijnde wijst ze elkeen terecht die het waagt het democratische proces zoals zij het voor ogen heeft in het gedrang te brengen. Een droog aan de haak een slordige 160 kilogram wegende kolos met omgekeerde pet op het hoofd gekleefd en de broek net iets te diep afgezakt, zo iemand met wie je geen ruzie wil maken, laat zich als een kleuter door haar terechtwijzen. Had ze niet gezegd computer 4? Wat stond hij dan te ritselen aan ‘machine two’? Katharine is te klein om hem aan de oren naar de juiste kiescomputer te trekken maar hij druipt zelf beteuterd naar de hem door haar toegewezen kast.
Als er sleet moet komen op het Amerikaanse model dan zal het alleszins niet haar schuld zijn, dat straalt elke van haar 150 centimeters uit.
De vlag wappert alweer de andere kant uit, terwijl Katharine ‘machine thirteen’ roept. De volgende in de rij, een blondine op hoge hakken onder de spannende jeans en de rondborstigheid trots torsend in nauwe t-shirt, weet wat haar te doen staat. Ze wiegt de heupen gezagsgetrouw naar nummer 13. Het gezag heet hier Katherine, meet 1,5 meter en wordt niet betwist.
Ja, er loopt van alles mis aan de overkant van de oceaan, dat zal wel. Maar ook dit is de US of A: ondanks alles geloven miljoenen burgers in de kracht van de stembus. Ze zouden het, ten volle bewust of het gewoon aanvoelend, een enorm verlies vinden als die stembussen niet op geregelde basis zouden opgesteld worden en zij hun stem niet konden uitbrengen.
Mocht die sfeer hier een beetje overkomen door deze en andere getuigenissen, durf ik onze tocht ten volle geslaagd noemen.
Geniet van uw zondag!
Facebook, 13 november 2022
- Login om te reageren