Zondagse mijmering : Over waardevrijheid
Toegegeven, dit amateuristisch - in de zin van liefhebberig - setje valt niet onder de categorie ‘wetenschappelijk onderzoek’. Wie daar in deze materie wel aanspraak op kan maken, draagt met respect uit te spreken namen als E.H. Hobsbawm, G.M. Trevelyan, Mike Rapport, Christopher Clarke, Els Witte of Alexandra Bleyer. Die voeren wél verantwoord wetenschappelijk onderzoek en weet u wat? Hun oordelen over hetgeen onderwerp was van hun grondige en excellente navorsing, klinken allerminst eenduidig.
Mogelijk doen dergelijke onenigheden zich minder voor in wat de bètawetenschappen heten ofte de bezigheden ter bestudering van de natuur maar deze bewering hoort met veel schroom neergetikt te worden aangezien ik op dat terrein nog onkundiger ben dan op alle andere. De film Oppenheimer illustreert alvast dat de aanwending van het resultaat van natuurwetenschappelijke vorsing niet bepaald neutraal mag heten.
Onlangs legde een Vlaamse academicus middels het uitgeven van een boek de onbeschaamdheid aan de dag om te beweren dat onze universiteiten bovenproportioneel worden bevolkt door wetenschappers van linkse inborst. Nu blijft die indeling van ‘s mensen mogelijke denkwereld in het simpele links of rechts stuitend simplistisch, het bizarre feit laat zich vaststellen dat ze onverwacht dikwijls accuraat blijkt te zijn.
Onze instellingen ter bevordering van het hogere geestesleven worden dus geconfronteerd met het verwijt onevenwichtig samengesteld te zijn. Zij vormen dientengevolge moeilijk doordringbare bubbels, zowel om er in, dan wel om er uit te geraken. De term echokamer is daartoe gemunt. U roept wat en de andere kraait iets bevestigend terug, wat u beiden versterkt in de overtuiging gelijk te hebben.
Het zoeken van een antwoord op de vraag of dat ook klopt, in welke faculteiten, dan wel overal en wat de oorzaak daarvan mag zijn, indien het klopt, valt buiten het bestek van deze bescheiden mijmering.
De reactie van twee geregeld in het Vlaamse maatschappelijke debat opduikende academici op wat eertijds twitter heette en nu X, ligt aan de basis dezer reactie want ze verbaasde hogelijk.
De ene, specialist armoedebestrijding, reageerde als volgt: “Weet ondertussen iemand al wat het verschil tussen een 'links' en een 'rechts' onderzoeker juist is? Bestaan er dan ook 'linkse' en 'rechtse' piloten? Hebben die andere instrumenten? Of lezen ze een hoogtemeter anders? Zet de ene zijn flappen uit en de andere niet? Zoveel vragen.”
Daarop volgde van de zijde van een economist “Inderdaad zo absurd het idee van linkse en rechtse onderzoekers. Iemand die zich een linkse of een rechtse onderzoeker noemt is gewoon geen goede onderzoeker”
Ik durf mij niet te begeven naar het tuinhuisje, want vrees daar mijn, overigens nog zelden gedragen, klompen gebroken terug te zullen vinden.
Zouden beide heren deze berichten in volle helderheid aan de openbaarheid hebben prijsgegeven? Menen zij dus, want dat is de consequentie van hun aanmatigende bewering, dat hun academisch werk waardevrij zou zijn?
Vreemd dan toch dat bijvoorbeeld de economist die ik aanhaalde doorheen zijn loopbaan verschoof van de ene, noem het de rechtse zijde van het ruime spectrum dat de economische wetenschappen kenmerkt naar een totaal andere, die links zou kunnen heten. Was hij dan toen een slechte onderzoeker - mogelijk zich in jeugdige overmoed vergalopperend - of is hij het nu - onder de druk der jaren onderhevig aan intellectuele slijtage?
Of een onderzoeker eerder linkse dan wel rechtse beginselen is toegedaan, lijkt me zelfs minder problematisch dan de vaststelling dat onderzoekers in de waan leven waardevrij werk af te leveren.
(Foto: Oef, wat ik vreesde, bleek niet geschied. Ik mocht mijn klompen intact terugvinden en schoof er blijmoedig de voeten nog eens in.)
Facebook, 24 september 2023
- Login om te reageren