"Oppositie biedt zelf geen alternatieven behalve extra inkomsten en dus weer belastingen"

"Oppositie biedt zelf geen alternatieven behalve extra inkomsten en dus weer belastingen"

Bespreking van de verklaring van de regering

In de Kamer werd maandag 17 oktober het debat gevoerd over de beleidsverklaring van de premier. Ik mocht de spits afbijten. ik maakte duidelijk dat er dankzij deze regering jobcreatie en minder faillissementen zijn, de belastingdruk gedaald is en de loonhandicap zo goed als weggewerkt. Hieronder kan u het beknopt verslag nalezen van mijn tussenkomst. 

Peter De Roover (N-VA): Mijnheer de voorzitter, leden van de regering, collega’s, ik zou het hier erg graag willen hebben over de resultaten van de besprekingen en over wat hier door de eerste minister gisteren is voorgelegd tegen de achtergrond van de ambitie van deze regering.

 

Deze regering wilde een hervormingsregering zijn. Het hangt ervan af welke maatstaf daarvoor wordt gehanteerd. Wanneer ik echter het lijstje even overloop, merk ik op dat sedert de start van de regering er elk kwartaal een toename is van het aantal jobs. De werkloosheid daalt. Het aantal starters stijgt. De faillissementen zijn op een historisch minimum beland. De privé-investeringen zijn sterk gestegen. In de pensioenwetgeving en op de arbeidsmarkt hebben wij stevige hervormingen doorgevoerd. De belastingdruk is gedaald, weze het dat die daling voor ons nog uitdrukkelijker zou mogen. De loonhandicap in vergelijking met 1996 is op twee jaar tijd grotendeels weggewerkt. Wij hebben een indrukwekkende taxshift gehad, de grootste belastinghervorming sedert 1963 volgens experts. De koopkracht van de bevolking is gestegen.

 

Kortom, wanneer ik mij enkel tot het sociaaleconomische beperk – er is immers ook nog het veiligheidsbeleid, asiel en migratie, justitie en dies meer –, oogt de hervormingsagenda tot op vandaag hoe dan ook indrukwekkend, hoewel ik herhaal dat het voor mijn fractie uiteraard altijd meer mag zijn.

 

Wij hebben voor die ambitie en die resultaten een prijs betaald. Ook dat mogen wij niet verhelen. Die prijs ligt in de begroting.

 

Wij hebben niet gekozen voor gemakkelijke oplossingen, die in het verleden wel eens werden genomen. Dat betekent dat wanneer een aantal inspanningen wordt gedaan, op het einde van het verhaal in 2016 men vaststelt dat wij begrotingsgewijs een bijzonder moeilijk jaar lopen.

 

Het jaar 2016 is dan ook een heel moeilijk jaar geweest. Er is, ten eerste, de context van het constitutionele kader van dit land, dat toch wel als een kostendrijver moet worden beschouwd. Ter zake moeten wij ons vandaag spijtig genoeg bij het status quo neerleggen. Bovendien is er een steeds aanzwengelende vergrijzingsgolf, met een hoge kostprijs, die daarmee samenhangt. Er zijn in 2016 tevens de heel droevige terreuraanslagen geweest. Wij moeten ook afwachten wat de gevolgen van de onverwachte beslissing van de brexit zullen zijn.

 

Dat laatste is natuurlijk iets wat door verschillende groepen op een andere manier wordt ingeschat. De toekomst zal hier uitsluitsel geven.

 

Als wij vandaag voor vele uren debat staan dan wil ik bij wijze van inleiding even de filosoof Kees Kraaijeveld ten tonele voeren. Hij heeft onlangs in De Volkskrant een heel boeiende bijdrage geschreven die op het eerste gezicht niets te maken heeft met wat hier vandaag op tafel ligt, maar Kees Kraaijeveld stelt vast dat als wij spreken over onze grote westerse waarden – de scheiding van kerk en staat, de gelijkheid van man en vrouw, de vrije meningsuiting – wij de zoektocht naar de waarheid daarin zelden vernoemen. Wel, zegt Kraaijeveld, de zoektocht naar de waarheid is voor ons en voor ons bestel een uitermate belangrijk element van die zogenaamd westerse waarden.

 

Beste collega’s, ik kan u zeggen dat ik niet geloof in de waarheid met een grote W, of het heilige of minder heilige boek waarin alle oplossingen van alle problemen zijn terug te vinden. Ik meen dat de twijfel aan de grote waarheid ook een belangrijke westerse waarde is. De kleine waarheden, waarbij wij een onderscheid kunnen maken tussen goed en fout, en waarbij wij in staat zijn om te falsifiëren, moeten vandaag aan de basis liggen van de debatten die wij zullen voeren.

 

Sta mij toe om een zeer kleine waarheid naar voren te schuiven, een formule bestaande uit drie elementen. Wanneer de uitgaven groter zijn dan de inkomsten dan is er een tekort. Ik denk niet dat men hogere economie moet hebben gestudeerd om te weten dat dit een basisgegeven is. Het prutsen aan een van de drie onbekenden heeft meteen gevolgen voor minstens een van de twee andere onbekenden.

 

Dat deze regering tegen de zeer moeilijke budgettaire achtergrond wat meer tijd nodig heeft gehad dan de bedoeling was om een State of the Union uit te spreken, ook daarvoor verwijs ik naar de door mij geliefde filosoof Johan Cruyff, want ook dit nadeel heeft zo zijn voordeel gehad. Zowel dinsdag als donderdag hebben wij met de meerderheid immers de passende terughoudendheid aan de dag gelegd in een debat over een State of the Union die er niet was. De oppositie had echter een aantal toespraken voorbereid en moest dit tot elke prijs hier ten gehore brengen. Wij hebben ons oor daarbij te luisteren gelegd, want men weet maar nooit dat er een interessante gedachte zou opborrelen uit de uiteenzettingen van die oppositie.

 

Wij staan voor een open geest en willen elke nuttige suggestie zeker meenemen. Ik ga nu terug naar die heel eenvoudige oefening van uitgaven min inkomsten. Als de uitgaven groter zijn, dan heeft men een tekort.

 


Er is geen enkele andere oplossing die uit de oppositiemonden weerklinkt.


 

Wat heb ik geleerd uit de betogen van de oppositie? Ten eerste, zij zijn unisono tegen een tekort. Zij vinden het laakbaar wanneer men een begroting indient die niet in evenwicht is. Dat beperkt meteen onze opties, vrienden, want er waren drie onbekenden en één daarvan moet blijkbaar minstens op nul eindigen. Dan komen wij per definitie uit bij inkomsten of bij uitgaven.

 

Uit de talloze uiteenzettingen van de oppositie heb ik ook begrepen dat alle besparingen die naar voren zijn geschoven, botsen op harde kritiek van hun kant, waarbij ik geen enkel alternatief heb weten naar voren schuiven. Ik heb geen vier jaar economie nodig gehad om vast te stellen dat als men tegen een tekort is en men weigert de uitgaven van de overheid te verminderen, men dan – dat is een wiskundige realiteit – de inkomsten moet verhogen. Dat betekent maar één ding: de oppositie zoekt de oplossing uitsluitend in het verhogen van de belastingen. Dat is een kwestie van elementaire rekenkunde. Er is geen enkele andere oplossing die uit de oppositiemonden weerklinkt.

 

De voorzitter: Mijnheer Hedebouw, u krijgt het woord voor een interruptie. Collega’s, wij spreken af dat interrupties gericht zijn tot de spreker en dat zij nooit langer dan twee minuten – ik zeg maar wat – kunnen duren.

 

Raoul Hedebouw (PTB-GO!): Mijnheer De Roover, u doet aan elementaire wiskunde.

 

Peter De Roover (N-VA): Rekenkunde zelfs.

 

Raoul Hedebouw (PTB-GO!): Ik vind het een beetje raar, want er was een discussie binnen de meerderheid over de mogelijkheid om het budget van de Staat te verhogen door wat geld te halen bij wie geld heeft, de grote vermogens in België. Ik had gehoord dat de N-VA akkoord ging om zelfs een maatregel te steunen die alleen het 1 percent rijksten zou treffen. Daar was eensgezindheid rond. Dat is toch ook een wiskundige mogelijkheid om geld te vinden. Ik hoorde ook over de meerwaardebelasting, ook een belasting op de grote vermogens.

 

Waarom blijft de N-VA weigeren het geld daar te halen waar het zit en wilt u alleen het geld bij jongeren en de sociale zekerheid zoeken? Kunt u daarvoor een uitleg geven? Waarom is de N-VA van de werkende Vlaming zo tegen het feit dat het 1 percent rijksten een beetje zou bijdragen?

 

Peter De Roover (N-VA): Mijnheer Hedebouw, ik ben heel blij dat u mijn woorden hier meteen bevestigt, namelijk dat u de oplossing alleen zoekt in meer inkomsten, in het verhogen van belastingen. Dat is behoorlijk hallucinant als wij weten dat wij in dit land al een overheidsbeslag van 54 % hebben. Mochten wij een overheidsbeslag van 40 % hebben, ik zeg maar wat, dan zou dat wellicht een optie zijn. Maar bij die 54 %, zijnde 8 % tot 9 % meer dan landen als Nederland of Duitsland, is het natuurlijk buitensporig om zelfs maar de indruk te wekken dat wij door het verhogen van het percentage de problemen van dit land zouden kunnen oplossen.

 

Om dat verhaal een beetje geloofwaardigheid te geven wordt er dan een soort sprookje naar voren gebracht. Van ver lijkt het een beetje op de sprookjes van Grimm of van Andersen. De basis van dat sprookje — het staat hier op papier maar uw betoog is passend — is om de rijken de crisis te doen betalen. Het sprookje gaat als volgt. Ergens in een groot bos ligt een schatkist met veel goud begraven. Roodkapje gaat op zoek naar die schat maar boze Zweedse wolven versperren haar de weg omdat zij in opdracht van hebberige vrekken willen vermijden dat de gratis oplossing zou worden bovengehaald. Beste vrienden, dat sprookje is een leugen waarmee men aan platvloers populisme doet. De kosteloze bak geld is er vanzelfsprekend nergens. Dat sprookje dreigt zelfs een horrorverhaal te worden wanneer daaruit eigenlijk de suggestie voortvloeit dat wij de 54 % overheidsbeslag nog zouden moeten verhogen.

 

Ik heb vorige week moeten vaststellen, goede collega’s van de oppositie, dat de oppositietaal — althans uw suggesties of beter gezegd het gebrek eraan — bij het oplossen van het probleem waar wij voor staan ongeveer even nuttig is als een kompas op de Noordpool.

 

Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer De Roover, ik begrijp uw interesse voor het programma van de oppositie. Dat is inderdaad een boeiender, aangenamer en warmer dan de begroting. Ik zou u echter graag willen helpen bij uw zoektocht door het bos.

 

Peter De Roover (N-VA): Dat zou vriendelijk zijn.

 

Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Tussen haakjes, de tonaliteit van uw interventie verbaast mij. Inderdaad, als een grote staatsdragende partij die een derde van de Vlaamse kiezers vertegenwoordigt hier een sprookje komt vertellen, dan komt dat voor heel wat landgenoten wrang over.

 

Er is één misverstand dat ik meteen wil counteren, te weten dat de oppositie, of mijn fractie, het wereldkampioenschap belastingen zou willen winnen. Wij zouden altijd meer belastingen willen. Wel, dat misverstand help ik graag meteen de wereld uit. En misschien bespaart het u een aantal pagina’s van uw sprookje.

 

Wat onze fractie wel wil winnen, is het Europees kampioenschap eerlijke, eenvoudige en groene belastingen. Dat is de inzet van het debat.

 

Mijnheer De Roover, u hebt eigenlijk geen enkele geloofwaardigheid als het gaat over belastingen, over het sparen van gewone mensen en over het opnemen voor mensen die werken. U bent deze legislatuur begonnen met een indexsprong, wat een belasting betekent voor mensen die werken, en u hebt het inkomen van deeltijds werkende mensen fors aangepakt. Vandaag komt u naar het Parlement met een begroting die aan het loon zit van jonge mensen, van mijn generatiegenoten, die hun nek uitsteken om meer te werken. U verdedigt hier vandaag een project waarbij de lonen van de werknemers voor jaren geblokkeerd zullen worden. Dus, als er iemand het beste zijn mond houdt over belastingen op het inkomen van gewone mensen, is het uw fractie, en deze meerderheid.

 

Hans Bonte (sp.a): Mijnheer De Roover, voortgaand op wat de vorige spreker zei, wijs ik erop dat uw betoog alsof de oppositie slechts droomt van extra belastingen en alsof u pleitbezorger zou zijn voor lagere belastingen, niet klopt. Men kan er toch niet naast kijken dat deze begroting opnieuw een aantal belangrijke inkomensverlagende belastingen inhoudt.

 

Wat mij nog het meeste stoort, is uw denigrerend verhaal over de oppositie die vorige week mordicus iets wou gezegd krijgen, terwijl de meerderheid de grote wijsheid had niets te zeggen. Wat is er vorige week gebeurd, mijnheer De Roover? Hier hebt u gezwegen, maar buiten waren de krantenkolommen voor u te klein, waren de interviews op tv en radio te gering, om toch maar uit te leggen dat CD&V absoluut de meerwaardebelasting wou invoeren, dat uw partij absoluut de vennootschapsbelastingverlaging wou invoeren en dat de liberalen absoluut het spaargeld wilden activeren. Ik zie nog het pathetische betoog van collega Dewael, die opveerde en zei dat het voor Open Vld belangrijk is dat het spaargeld wordt geactiveerd. Buiten pleitte u voor van alles en nog wat, ook inzake belastingverhogingen, maar binnen hebt u gezwegen.

 

U kunt van alles zeggen, maar wij hebben ons werk gedaan. U zegt buiten deze muren van alles, maar als wij vandaag naar het resultaat kijken, zien wij van die drie maatregelen, waarvoor zo hard gepleit is, niets in de begroting. Wees dus een beetje eerlijk, ook in het parlementaire debat in dit halfrond.

 

Raoul Hedebouw (PTB-GO!): Mijnheer De Roover, ik weet niet meer wie ik moet geloven. U sprak over 54 % belastingdruk, terwijl de eerste minister het gisteren had over een daling van 37,1 % naar 36,6 %. U moet dus een beetje een akkoord bereiken op het vlak van de cijfers, van propaganda en zo. Mijnheer De Roover, u moet een beetje opletten.

 

To the point, u antwoordt niet op mijn vraag. U praat hier over de werknemers. Ik heb het niet over hen, ik heb het over de rijkste 1 %. Dat is hier gewoon taboe. Collega’s van CD&V, ik richt mij tot u, men voelt dat de studie naar een meerwaardebelasting er pas binnen twee jaren zal komen. Het gaat hier over de rijkste 1 %, niet over de werknemers, die betalen, maar over de rijkste 1 %. Daarop rust echt een taboe in deze regering. De rijkste 1 % bezit vandaag een fortuin van 420 miljard. Wel, ga daar het geld halen. Ik stel voor om daaromtrent een studie te maken. De Partij van de Arbeid wil daaraan meehelpen; wij hebben op dat vlak een zekere knowhow. Wij kunnen de regering helpen om die rijkste 1 % wat meer te doen bijdragen.

 


Ik stel ook vast, mijnheer Calvo, dat u liever hebt dat jongeren met een zeer hoog loon geen werk hebben dan dat jongeren met een realistisch loon wel werk hebben.


 

Peter De Roover (N-VA): Mijnheer Hedebouw, dat u de elementaire beginselen van de economie niet onder de knie hebt, verbaast mij niet. En als u bepaalde percentages die totaal niets met elkaar te maken hebben een beetje platvloers door mekaar haalt, dan vrees ik dat een antwoord van mij u niet zal helpen.

 

Ik verwacht hier wel een verrassend boeiende dag, want ik verneem van de twee collega’s dat zij vandaag wel degelijk voorstellen gaan doen, schijnbaar, waar er op een zinvolle manier kan bespaard worden. Mijnheer Calvo, het is spijtig dat u die kans hebt gemist de voorbije week om dat te doen. Blijkbaar was dat toen een inhoudsloze woordenbrij. Wij zijn in blijde verwachting, wij zullen straks bij uw rede zeer graag vernemen waar u op een andere manier door belastingverhoging toch het overheidstekort wilt terugschroeven.

 

Ik stel ook vast, terloops gezegd, mijnheer Calvo, dat u liever hebt dat jongeren met een zeer hoog loon geen werk hebben dan dat jongeren met een realistisch loon wel werk hebben. Dat is een keuze die absoluut niet de onze is.

 

Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer De Roover, ik was niet van plan om veel te onderbreken, maar dit kan ik echt niet aanvaarden.

 

Het is gemakkelijk om over jonge mensen zo te spreken vanaf het spreekgestoelte, dat is gemakkelijk voor ons allemaal, want wij moeten ons op het einde van de maand geen zorgen maken. Maar als u durft zeggen dat jonge mensen met een minimumloon een realistisch perspectief hebben, ga dan wat meer praten met die jonge mensen, die hun huur niet kunnen betalen, die zich zorgen maken, die strompelen van uitzendjob naar uitzendjob. Dat is hun realiteit. Uw denigrerende houding begrijp ik absoluut niet.

 

Peter De Roover (N-VA): Mijnheer Calvo, ik heb wél ooit gewerkt. Dertig jaar lang heb ik niets anders gedaan dan gesproken met jonge mensen. Die jonge mensen wilden werken, zij wilden een job. Zij wilden niet dat een pseudoverdediging van jonge mensen erop zou neerkomen dat zij werkloos konden dromen van hoge lonen. Zij vragen een job en deze regering kan hun dat bieden, in tegenstelling tot uw sprookjes.

 

Karin Temmerman (sp.a): Mijnheer De Roover, ik twijfel er niet aan dat u ooit gewerkt hebt. Ik hoop dat iedereen die hier zit, ooit gewerkt heeft. U twijfelt daar echter blijkbaar wel aan. Dat is een uitspraak voor uw rekening.

 

Van jonge mensen die aan het begin van hun carrière staan, aan het begin van hun volwassen leven, zegt u dat zij, bij een vermindering van het minimumloon, blij mogen zijn dat zij een job hebben. Nooit had ik gedacht dat N-VA het zover zou durven drijven. U zegt hier dat de jongeren blij mogen zijn met een habbekrats, lager dan het minimumloon. Dat vind ik echt schandalig.

 

Peter De Roover (N-VA): Mevrouw Temmerman, uw interventie doet mij denken aan een oude grap, die als volgt gaat. In de Sovjetunie vertelde men aan de bevolking goed en slecht nieuws te hebben. Het goede nieuws is dat de groenten zeer goedkoop zijn. Het slechte nieuws is dat er geen groenten zijn.

 

Dat is eigenlijk de essentie van wat u vertelt. Het goede nieuws is dat wie een job heeft een hoog loon heeft. Het slechte nieuws is dat u er niet voor zorgt dat er jobs gecreëerd worden. Als u dat goed nieuws noemt voor jongeren, dan heb ik daar een totaal andere mening over.

 

Karin Temmerman (sp.a): (…) maar een belasting op kapitaal, dat komt er blijkbaar niet door.

 

Peter De Roover (N-VA): Mevrouw Temmerman, opnieuw trapt u in de val die ik opengezet heb. U blijft spreken over nieuwe inkomsten. Opnieuw ziet u de oplossing uitsluitend in het aanboren van nieuwe belastingen.

 

Karin Temmerman (sp.a): (…)

 

Peter De Roover (N-VA): Heel uw discours, mevrouw Temmerman, gaat over niets anders. Ik zou in de loop van de dag aan alle fracties een heel eenvoudige vraag willen stellen, waar men geen hogere economie voor moet hebben gestudeerd. Als wij oplossingen zoeken voor het begrotingstekort, wenst u dan ja of nee dat het overheidsbeslag stijgt? Mijnheer Hedebouw, u kunt op Wikipedia opzoeken wat overheidsbeslag betekent. Ik wil vragen dat elke fractie antwoord geeft op de vraag of men het overheidstekort wil oplossen door het overheidsbeslag te verhogen of door het niet te verhogen. Als uw antwoord is dat het niet mag verhogen, hebt u beperkingen waaraan uw discours zich zal moeten aanpassen. Wat ons betreft, zoeken wij oplossingen binnen een overheidsbeslag van 54 % en trouwens bij voorkeur met een terugschroeven van de moordende aanwezigheid van de overheid in onze economie.

 

Karin Temmerman (sp.a): Mijnheer De Roover, u die zo graag doceert en iedereen de les spelt, ik stel u ook eens een vraag. Wist u dat onder socialisten het overheidsbeslag gedurende jaren gedaald is, toen socialisten mee in de regering zaten? Het is opnieuw gestegen door de crisis in 2008. Daarvoor, mijnheer De Roover, is onder socialisten het overheidsbeslag iedere keer gedaald!

 

Raoul Hedebouw (PTB-GO!): Monsieur De Roover, je vois que vous évitez sans arrêt la discussion fondamentale. Si vous posez la question de savoir si la population est pour ou contre l'augmentation de la pression fiscale sur les plus riches, puisqu'il s'agit du débat d'aujourd'hui, sachez que la plupart des sondages indiquent qu'environ 80 % de la population est pour. Au sein de l'électorat N-VA, 71 % des personnes sont en faveur de l'imposition des fortunes. Si vous vous demandez si, politiquement, il est utile d'augmenter la pression fiscale sur les plus riches, la réponse est oui. Elle est claire au PTB, et de bon sens dans le cadre de la crise d'aujourd'hui.

 

Ce que vous faites aujourd'hui, c'est diminuer les dépenses pour les plus pauvres. On le constate au niveau des jeunes, et je rejoins complètement mes collègues écologistes et socialistes: vous allez une nouvelle fois toucher les jeunes et les allocataires sociaux, et épargner les plus riches.

 

Le débat, monsieur De Wever, pardon, monsieur De Roover, que vous refusez aujourd'hui, est le suivant: va-t-on oui ou non imposer un peu plus les riches au cours des deux ans à venir? Répondez honnêtement non, et vos partenaires de majorité dont le CD&V seront fixés. Soyez honnêtes aujourd'hui et dites que vous n'avez aucune volonté d'aller chercher l'argent où il se trouve!

 

Peter De Roover (N-VA): Ik moet toegeven dat, wanneer men zo’n toespraak fabriceert, men doorgaans in het Parlement weinig ambitieus is, want iedereen zit toch vast in de eigen opvattingen. De move van mevrouw Temmerman heeft mij echter aangenaam verrast. Mevrouw Temmerman, ik begrijp dat u dus bondgenoot bent om het overheidsbeslag te verlagen. Wij noteren dat. Wij wachten ook op nuttige en boeiende suggesties.

 

Ik vraag wat u suggereert en u zult straks uitgebreid de kans krijgen om hier een hele reeks voorstellen te doen die wij met veel belangstelling zullen bestuderen. U zult veel voorstellen doen om dat overheidsbeslag naar beneden te helpen. Ik reken erop dat elke fractie ook haar duit in het zakje doet.

 

Wij zijn in elk geval zeer blij dat de regering daarmee de voorbije twee jaar toch al een begin heeft gemaakt.

 

Wij hebben van het oppositiekamp niet zo veel hulp gekregen, maar dat kan vandaag natuurlijk veranderen. Wij hebben vandaag alleszins met de regering een inhaalbeweging ingezet, die maakt dat wij zonder ingreep op de koopkracht weer kunnen aanknopen bij het Europese pad dat een inspanning inhoudt, goed voor de vermindering van de schuld met 1,2 % van het bbp. Dat is voor ons een uitermate belangrijke stap.

 

Daarvoor is er een, naar onze mening, goede mix gevonden. Besparingen zijn altijd pijnlijk. Er is altijd wel iemand die bij besparingen de rekening mee moet betalen. Er is ook altijd wel een lobbygroep, die daartegen in het verweer komt. Vandaar dat wij – dit is onze vaste overtuiging - een goede spreiding hebben gevonden in de inspanningen die de regering zal vragen.

 

Daar zitten trouwens ook vermogenscomponenten, vermogenswinstcomponenten, in. Ook de strijd tegen de fiscale fraude staat daar uitdrukkelijk in. Tegelijkertijd zijn wij natuurlijk zeer blij dat de speculatietaks daarbij verdwijnt.

 

Daarnaast wordt er een belangrijke inspanning geleverd op het vlak van besparingen. Om een goede collega uit de regering te citeren: “Daarbij is niet de hakbijl gehanteerd, maar het scalpel".

 

Wij kampen nu eenmaal met een probleem bij de uitgaven van de overheid met bovendien een jaarlijkse toename van de pensioenuitgaven met 1,5 miljard euro door de vergrijzing en jaarlijks toenemende kosten in de gezondheidszorg met 1 miljard euro bij ongewijzigd beleid.

 

Vandaar dat de slimme maatregelen, die nu in het verschiet liggen en die aansluiten bij reeds eerder genomen hervormingsmaatregelen door ons zeer ondersteund worden.

 

In de gezondheidszorg – dit zal later in de debatten over de specifieke thema’s nog aan bod komen – worden de patiënten bijvoorbeeld ontzien. Wij maken gebruik van wat door experts toch al wel veelvuldig is vastgesteld, namelijk dat in de gezondheidszorg wel degelijk besparingen mogelijk zijn, zonder dat dat de kwaliteit van de gezondheidszorg hoeft te beïnvloeden. Dat is erg belangrijk.

 

Ik veroorloof mij toch om mijn tevredenheid uit te spreken over het zinnetje in de verklaring van de eerste minister en in de teksten van de regering dat ook de parlementaire pensioenen terecht het pad zullen opgaan van de pensioenen van alle werknemers in dit land.

 

De voorbije weken werd de indruk gewekt dat we de klus van de begrotingsinspanning niet zouden klaren. Ik vermoed dat alle critici nu toch wel even moeten slikken dat ook dat in deze regering wel kan. Bovendien handhaven wij onze structurele hervormingsdynamiek. U weet allemaal hoezeer het de linkerzijde frustreert dat wij tienduizenden personen hebben weten te activeren sedert de regering-Michel in het zadel zit. Die tienduizenden mensen die zelfredzaam werden, doen dat in de privésector. Onder Di Rupo hadden wij een daling met duizenden jobs in de privésector. Bij de regering-Michel staat vandaag de teller op 70 000 nieuwe banen.

 

En we gaan verder op dat pad. Zeventigduizend mensen, zeventigduizend gezinnen zullen op die manier weer actief kunnen deelnemen aan de economische bezigheden. Niet alleen ontvangen zij op die manier een hoger loon dan een uitkering, maar zijn zij ook in staat om onze sociale zekerheid mee te ondersteunen.

 

Wij gaan verder met dat plan. Ook daar hebben we het in de loop van de dag zeker nog over. Ik denk aan de flexibilisering op de arbeidsmarkt, de ingrepen die ervoor moeten zorgen dat de loonhandicap met het buitenland niet opnieuw toeneemt. De e-commerce komt hier vandaag nog aan bod. Er zijn de ingroeibanen, waarmee de heer Calvo een probleem heeft, maar die wij nadrukkelijk ondersteunen. Stuk voor stuk zijn het elementen die ervoor zorgen dat de hervormingsstrijd absoluut niet stilvalt. Voor onze fractie is dat van het grootste belang.

 

Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Aangezien collega De Roover op zoek is naar kleine waarheden, wil ik er met hem een aantal overlopen. De economische ontwikkeling in ons land ligt voor het eerst sinds 2007 onder het Europees gemiddelde. Dat geldt ook voor jobcreatie. In het tweede kwartaal van 2016 zijn er maar twee landen, welke het slechter doen op dat vlak dan ons land. Uw gepoch met 70 000 jobs is bijna wat het Planbureau in 2013 had voorspeld voor 2015 en 2016 vóór de maatregelen van Michel. Zo veel hebben die maatregelen echt niet gedaan. Veel te weinig. Qua werkzaamheidsgraad is er maar één land dat het slechter doet. De werkzaamheidsgraad is gedaald sinds het aantreden van de regering.

 

Er krijgen inderdaad minder mensen een uitkering. Dat heeft echter niet te maken met het feit dat er zo veel meer mensen aan de slag zijn, maar met uw asociale maatregelen die mensen van een uitkering richting het OCMW duwen, met als laatste cijfer in het kader van de kleine, maar belangrijke waarheden, een historisch record aantal leefloners.

 

Dat zijn kleine waarheden, zoals u ze noemt, mijnheer De Roover, maar dat zijn grote problemen, dus er is echt geen reden tot euforie.

 

Peter De Roover (N-VA): U kunt daarover nog allerhande verhalen verzinnen, maar het harde feit dat er nooit meer jobs waren in de privésector dan vandaag is en blijft iets waarop wij bijzonder trots zijn.

 

Mijnheer Calvo, ik neem aan dat u weet dat de groei in het verleden werd opgedreven door overheidsjobs en overheidstussenkomsten. Wij hebben die keuze niet gemaakt. Dat betekent dat wij op termijn voor het stimuleren van de economie minder afhankelijk zullen zijn van wat op het einde van het verhaal altijd onmiskenbaar neerkomt op belastinggeld. U bent tegen tekorten en u hebt daarin groot gelijk. Het stimuleren van de economie vanuit de overheid betekent dat u elke euro uit de zakken van de burgers zult moeten kloppen. Daar is geen andere mogelijkheid.

 

In het kader van de hervormingsagenda blijven wij investeren in het veiligheidsbeleid, asiel, migratie, justitie en veiligheidsdiensten. Onze regering blijft de weg die zij heeft uitgestippeld, verder volgen. Dat vraagt een inspanning die tegen de achtergrond van de huidige ontwikkelingen van het allergrootste belang is.

 

Bovendien is er ook op het vlak van fiscaliteit nog meer ambitie dan wat nu al concreet op tafel ligt. Namens mijn fractie wil ik zeggen dat, in welke vorm ook, die ambitie moet steunen op vier pijlers.

 

De eerste pijler is de rechtvaardigheidspijler. Ons beleid is daarop gericht, vandaar dat de lagere inkomens en de middenklasse de grootste winnaars zijn van ons beleid.

 

Naast de rechtvaardigheid is er de economische stimulans. De maatregelen die worden genomen, moeten ervoor zorgen dat de economie er sterker en beter van wordt.

 

Een derde pijler is die van de vereenvoudiging, de transparantie. U weet dat ingewikkelde wetgeving alleen dure raadgevers en fiscalisten ten goede komt. De laatste belangrijke pijler voor elke ingreep die hervormingen in de fiscaliteit onder ogen neemt, is de budgetneutraliteit. Dat is het verschil met de oppositie. Wanneer zij die gesprekken over wat zij rechtvaardige fiscaliteit noemen in een begrotingsdebat plaatsen, dan moet dit geld opleveren. Wij plaatsen dat in een hervormingsagenda. Dat is een cruciaal verschil want budgetneutraliteit betekent dat deze ingrepen de overheid niets mogen kosten maar dat ze overheid tegelijkertijd ook niets mogen opleveren.

 

De vennootschapsfiscaliteit is daarbij het verst gevorderd. Deze voldoet aan die vier criteria. Ik wil op deze tribune toch nog eens onder de aandacht brengen dat ook de hervorming van de vennootschapsbelasting een zeer belangrijke rechtvaardigheidscomponent in zich draagt. Ervoor zorgen dat jonge, kleine en middelgrote ondernemingen op een normaal, gelijk veld kunnen concurreren, ook fiscaal, met vennootschappen en multinationals is voor ons een rechtvaardigheidseis. In het verleden is er, ook met medewerking van oppositiepartijen, een fiscale koterij opgetrokken waar een kat haar jongen niet meer in terugvindt, waarbij men jaren later van Europa moest vernemen dat bepaalde wetten die werden goedgekeurd plots niet meer van toepassing waren en waarbij men zelfs eist van deze regering dat ze bedrijven die in het verleden wetten nauwkeurig hebben nageleefd, daar vandaag voor op de vingers tikt. Als we die koterij kunnen wegwerken, dan hebben we wel degelijk een rechtvaardigheidsagenda uitgevoerd. Dat is voor ons klaar en duidelijk.

 


Wij staan vandaag immers, ook wat de vermogens betreft, in tegenstelling tot wat de oppositie ons wil wijsmaken, vooraan in het Europese peloton.


 

Hans Bonte (sp.a): Mijnheer De Roover, u herhaalt wat we in de voorbije dagen en weken hebben kunnen horen in de media en wat blijkbaar heeft meegeholpen om een crisis te maken in de regering, namelijk uw pleidooi voor een verlaagde vennootschapsbelasting. U zegt dat hier maar mij is het ontgaan. Staat dat nu in de begroting of niet? Misschien spreekt u over iets anders maar ik heb begrepen dat het er niet in staat, puur ook omwille van het feit dat bepaalde coalitiepartners vreesden dat de financiële compensatie niet deugde, dat er een soort ontsporing van het budget georganiseerd zou worden mocht u uw rechtvaardigde eis – zoals u het noemt – vandaag doorvoeren. Mijn vraag is dus zeer duidelijk. Datgene wat u de laatste vijf minuten bepleit hebt, die verlaging van de vennootschapsbelasting, staat dat nu in het budget of niet? Als dat zo is, is het voorstel waarover u spreekt dan iets wat budgetneutraal is of niet? Ik zou daar graag het antwoord op weten, zonder in de krantencommentaren te moeten duiken.

 

Peter De Roover (N-VA): Mijnheer Bonte, uw vraag is natuurlijk een retorische vraag. U weet dat het er niet in staat. Ik heb namelijk ook gezegd – maar dan moet u luisteren naar wat ik heb gezegd – dat wij nog bijkomende ambities hebben voor de toekomst, dat naast de belangrijke hervormingen die wij hebben afgeklopt, er nog een aantal belangrijke hervormingen in de pan ligt. Ik heb hier gezegd aan welke voorwaarden die hervormingen voor onze fractie moeten voldoen. Die hervormingen moeten plaatsvinden binnen vier pijlers en dat geldt voor elke hervorming die bijvoorbeeld in de fiscaliteit wordt doorgevoerd.

 

Als wij bijvoorbeeld aan vermogens denken, dan is er vanzelfsprekend ruimte voor een betere, een rechtvaardigere – hoewel dat begrip natuurlijk veel betekenissen kan hebben – en in elk geval een transparantere en correctere manier om de vermogens te bekijken. Wij zijn daar absoluut vragende partij voor, mits wordt voldaan aan de criteria die ik naar voren heb geschoven.

 

Wij staan vandaag immers, ook wat de vermogens betreft, in tegenstelling tot wat de oppositie ons wil wijsmaken, vooraan in het Europese peloton. Ik weet wat de ambitie van deze regering is en dat is niet om in elke tabel die over belastingheffing wordt opgesteld, in de top 3 te eindigen. Dat is niet onze ambitie en daar willen wij ook geen werk van maken.

 

Karin Temmerman (sp.a): Mijnheer De Roover, u spreekt over kleine en grote waarheden en sprookjes. U zegt dat wij ook de kampioen zijn in het belasten van de vermogens. De conclusie van de Fact Check van deredactie.be is dat België een van de landen is waar het vermogen bijna niet wordt belast.

 

Het spijt mij, collega’s, maar ik zeg dat niet. Mijnheer de voorzitter, ik zal u de website meedelen zodat u hem aan de collega’s kunt doorgeven. U kunt ook gewoon googelen naar de Fact Check kapitaal, mijnheer De Roover. Als u dat googelt, krijgt u meteen de Fact Check van deredactie.be waaruit heel duidelijk blijkt dat heel wat vermogens bij ons in België niet worden belast en dat wij een van de derde laatste landen zijn als het gaat om het belasten van vermogens. Hiermee geef ik de kleine waarheid haar rechten.

 

Peter De Roover (N-VA): Mijnheer de voorzitter, mevrouw Temmerman, als een fact checker verkeerd wordt geciteerd, wordt het natuurlijk een factnegeerder, dat is nogal evident. U schijnt vermogensbelastingen en vermogenswinstbelastingen door mekaar te zwieren. U maakt geen enkel onderscheid tussen die dingen. Schijnbaar ontgaat u het gegeven dat wij wat vermogens en vermogenswinsten betreft in procent van het bbp Europees op de vijfde plaats staan en in procent van het inkomen van de vermogensbezitters halfweg in de score van Europa.

 

Ik herhaal het, het is niet onze bedoeling om overal in de top 3 van belastingheffing te komen. Wij zitten wat die vermogensheffing betreft in totaliteit op een normaal Europees niveau. Ik verwijs bijvoorbeeld naar de vermogensheffing bij erfenissen, het zal u bekend zijn dat die bijwijlen gigantisch groot is, mevrouw Temmerman, en die moet men natuurlijk ook mee opnemen in de rekening. Wanneer wij die totaliteit bekijken, zitten wij absoluut op een normaal Europees niveau.

 

Of de samenstelling daarvan niet kan herbekeken worden, dat is een debat dat wij binnen de vier pijlers die ik naar voren geschoven heb, absoluut wel willen voeren.

 

Karin Temmerman (sp.a): Mijnheer De Roover, nog steeds in het teken van de kleine en de grote waarheden, aangezien u zegt dat ik het verkeerd citeer, zal ik het letterlijk citeren. Het gaat inderdaad over inkomen uit vermogen. Ik citeer deredactie.be: “Wat het belasten van een inkomen uit vermogen betreft, bengelt ons land aan de staart van de OESO-landen. Een OESO-rapport uit 2013 toonde aan dat België op de allerlaatste plaats staat voor het belasten van meerwaarde op aandelen en vastgoed. Ook dividenden en intresten op obligaties worden in ons land een pak lichter belast dan het OESO-gemiddelde. Net daarom pleiten de Hoge Raad van Financiën en de OESO voor een taxshift van arbeid naar vermogenswinsten.”

 

Collega’s, dat is iets dat deze regering nog steeds, ondanks een grote taxshift, niet heeft gedaan.

 

Peter De Roover (N-VA): Mevrouw Temmerman, het gaat hier over een net iets te delicate materie om daarover op een dusdanig ongenuanceerde manier te spreken.

 

Dirk Van der Maelen (sp.a): (…)

 

Peter De Roover (N-VA): Wij zullen het kunnen nalezen in het verslag, mijnheer Van der Maelen. Binnen de minuut wordt er gesproken over vermogens, daarna over vermogenswinsten en daarna over de meerwaarde op aandelen. Dat zijn drie totaal verschillende concepten, die door u gemakshalve door elkaar gesmeten worden.

 

Mevrouw Temmerman, voor u in dit soort zaken intervenieert, moet u echt uw huiswerk maken. (Rumoer).

 

Mijnheer Van der Maelen, in tegenstelling tot wat u denkt, verhoogt de argumentatiekracht van uw woorden niet recht evenredig met de decibels. Als u de Hoge Raad van Financiën citeert, dan zult u dat ook in de totaliteit willen doen. Ik herhaal wat ik hier gezegd heb, want schijnbaar dringt het nog niet tot iedereen door. Wat de totaliteit van belastingen op vermogens, vermogenswinsten en dergelijk betreft, staan wij in Europa, naargelang de meting, vooraan in het peloton of, indien men het bekijkt als percentage van de vermogens, middenin het peloton. Ik herhaal dat in ons land de belastingen op vermogens, onder meer via schenkings- en successierechten, bijzonder hoog zijn in vergelijking met andere landen. U haalt dat gemakshalve uit de redenering weg, opdat uw verhaaltje zou kunnen kloppen. Facts do matter, mevrouw Temmerman, het spijt mij zeer.

 

De voorzitter: U moet afronden.

 

Peter De Roover (N-VA): Ik rond af, mijnheer de voorzitter. Dit is een hervormingsregering, die bovendien…

 

Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Omdat anders een belangrijk thema ondergesneeuwd dreigt te raken, wil ik het nog even hebben over de vennootschapsbelasting. Op het vermogen komen wij zeker straks nog terug.

 

Mijnheer De Roover, u weet dat onze fractie een grote voorstander is van een eerlijkere en eenvoudigere vennootschapsbelasting. U zegt dat alle voorstellen die circuleren waterdicht en budgetneutraal zijn. Ze zouden een goede zaak zijn voor onze kmo’s. Dat klinkt als muziek in de oren, maar wij kunnen dat niet staven. De heer Peeters heeft de openheid gehad om zijn voorstel over de meerwaardebelasting te delen met het Parlement en de publieke opinie, waarna er een debat over is ontstaan. Meent u, samen met mij, dat het interessant zou zijn om de voorstellen die circuleren over de vennootschapsbelasting evengoed te delen, zodat wij die belangrijke werf samen kunnen tackelen? Ik wou u daarover informeren, aangezien u het blijkbaar met mij eens bent dat wij daar het best zo snel mogelijk stappen in zetten.

 

Marco Van Hees (PTB-GO!): Monsieur De Roover, je trouve que vous avez raison. Je suis d'accord avec vous sur le fait qu'il faut sérier les choses. Un impôt n'est pas un autre. Effectivement, il y a différents impôts sur le capital: la taxation des plus-values, l'impôt sur le patrimoine, l'impôt sur les revenus du patrimoine. Toutes ces choses sont différentes. Vous avez raison. Mais alors passons-les en revue! C'est cela le but.

 

Je pense que votre premier problème, c'est de considérer les choses de manière globale. Or, comment faut-il poser la question? De la façon suivante: pour tel impôt, l'ensemble de la population est-il touché, ou les plus riches sont-ils touchés? C'est une question assez essentielle. Vous faites totalement abstraction de cela.

 

Passons en revue ces différents impôts. Il y a le précompte mobilier. Vous l'avez augmenté jusqu'à 30 %. C'est un impôt typiquement injuste puisque, quel que soit son revenu, tout le monde paie 30 % de précompte mobilier. Un petit pensionné qui a une toute petite pension va payer 30 %. Un plut haut revenu va payer les mêmes 30 %.

 

La taxation des plus-values n'existe pas, c'est clair. L'impôt sur le patrimoine n'existe pas. Les plus riches y échappent entièrement.

 

Le président: Concluez, monsieur Van Hees! Les interruptions sont limitées à deux minutes.

 

Marco Van Hees (PTB-GO!): Il y a plusieurs impôts.

 

Concernant les droits de succession, on sait que les plus riches ont de nombreuses techniques pour éviter de les payer. Ce sont les simples travailleurs qui paient les droits de succession dans ce pays. Au total, sur ces quatre types d'impôts, les plus riches échappent à l'essentiel de la taxation.

 

Peter De Roover (N-VA): Mijnheer de voorzitter, in mijn besluit ben ik enigszins gehinderd, maar ik wil graag in drie punten reageren.

 

Ten eerste, mijnheer Van Hees en de rest van de linkerzijde, uw rijkenbelasting komt eigenlijk neer op een we-jagen-de-rijken-buitenbelasting. Dat is niet alleen economisch een slechte zaak, een dergelijke belasting zal ons ook niet baten. Met die realiteit houden wij wél rekening.

 

Ten tweede, vandaag ben ik de eerste spreker, dus wij zullen nog veel uiteenzettingen mogen meemaken. Elke spreker gelieve hier klaar en duidelijk te vertellen of hij of zij fiscale maatregelen wil nemen binnen het kader van een begrotingsoperatie, wat een verhoging van de belastingen betekent, dan wel of hij die maatregelen wil nemen binnen het kader van een eventuele herschikking van belastingen. Dat onderscheid is cruciaal. Wie daarin geen klaarheid schept, maakt zich schuldig aan debatvervuiling. Zoveel is duidelijk.

 

Ten derde, mijnheer Calvo, u zult het met mij eens zijn dat documenten in het proces tussen het allereerste idee en de voleindiging een steeds bredere openbaarheid krijgen. Daarover kan men van sentiment verschillen. Op het ogenblik dat de regering definitief beslist heeft over welke maatregel dan ook, dan zal de Kamer – u dus ook – daarvan uitgebreid in kennis worden gesteld. De dag dat u toetreedt tot een regering, zult u daar zelfs iets vroeger van in kennis gesteld worden, want dan zult u kunnen meewerken aan de uitwerking van het compromis. Dat is volgens mij een duidelijk en parlementair correct antwoord op uw vraag.

 


Wij nemen aan dat het de allerhoogste tijd is dat wij stappen zetten naar de 21e eeuw en dat is wat hier vandaag gebeurt.


 

Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer De Roover, dat is vooral een heel formalistisch antwoord op mijn vraag. Ik neem daar dan ook geen vrede mee. Uw eigen vicepremier, de heer Jambon, heeft gezegd dat het werk van – ik citeer – “Johan” klaar was. U verklaart hier dat de ontwikkelde, besliste maatregelen budgetneutraal zijn. Ik vind dan ook dat wij daarin inzage mogen krijgen. Dat vind ik heel belangrijk. Ik vind ook dat onze kmo’s dat perspectief verdienen.

 

Minister Jan Jambon: (…)

 

Kristof Calvo (Ecolo-Groen): Mijnheer Jambon, ik vind dat de Kamer, met de bevoegde commissie, en misschien zelfs het Rekenhof dat moeten kunnen narekenen. Na alle fratsen van minister Johan Van Overtveldt is het toch maar normaal dat de mensen er heel zeker van willen zijn dat de rekening klopt.

 

Mijnheer De Roover, u hebt zelf gezegd dat het rond is. Daarom vraag ik u om dat op tafel te leggen. Minister Peeters heeft de moed gehad, maar daar heeft hij veel kritiek voor gekregen. U stond met een bazooka klaar om zijn voorstel af te schieten. Welnu, ik vraag van u dezelfde moed als van minister Peeters, maar dan inzake de vennootschapsbelasting.

 

Peter De Roover (N-VA): Mijnheer de voorzitter, ik rond af, zoals door u gevraagd.

 

Wanneer de oppositie niet bereid is om de platgetreden paden te verlaten dan willen wij hen daar zeer graag op en af laten wandelen. Het zal de tocht voor hen iets makkelijker maken, maar ons zal het niet hinderen om dit allemaal goed te keuren. Wij nemen immers aan dat het de allerhoogste tijd is dat wij stappen zetten naar de 21e eeuw en dat is wat hier vandaag gebeurt.

 


 

Tussenkomst tijdens de plenaire zitting van 17 oktober 2016. Hier geplaatst op 18 oktober 2016. 

 

Foto: © Belga

 

TIP: Dankzij internet kunnen wij ook veel mensen bereiken buiten de klassieke media om. Help daarbij en deel dit artikel. Gewoon op de knop hieronder drukken.