“Als men ons Vlaanderen niet geeft, dan pakken we België”

“Als men ons Vlaanderen niet geeft, dan pakken we België”

Maandag is het 11 juli, de Vlaamse Feestdag. Is dat ook een feest voor de N-VA, de partij die voortdurend zakt in de peilingen? “Ik vind dat we onze strategie op het nationale niveau moeten voortzetten”, zegt Peter De Roover, fractievoorzitter van de N-VA in de Kamer. “De Vlaamse stem telt nu, en dat moet zo blijven.” 

Vrijdagochtend, in het Grand Café van cultuurcentrum deSingel in Antwerpen. De openbare omroep wil Peter De Roover als fractievoorzitter van de N-VA in de Kamer spreken over de hervorming van de pensioenen van onze parlementsleden. Want waarom zouden die ook niet tot hun 67ste moeten werken?

 

De N-VA zegt dat de Franstalige partijen dat dossier blokkeren. “Als we in september geen gezamenlijke oplossing vinden, dan zullen we daarover beslissen zonder de Franstaligen”, zegt Peter De Roover. Daarmee legt hij een communautair accent aan de vooravond van de Vlaamse Feestdag.

 

Voor de Vlaamse Volksbeweging (VVB) gaat dat lang niet ver genoeg. De achterban van de N-VA wil een concreet stappenplan voor onafhankelijkheid. “Ofwel via een confederale staatshervorming na de verkiezingen van 2019, ofwel door meteen door te stoten naar de Republiek Vlaanderen”, zegt de VVB.

 

Peter De Roover (54) was zelf lang de spreekbuis van de VVB. Maar nu behoort hij tot de top van de N-VA en moet hij als politicus andere taal spreken in de aanloop naar 11 juli. “Vroeger hield ik me als Vlaams-nationalist vooral bezig met de vraag wat er moet gebeuren, nu meer met de vraag hoe we dat kunnen realiseren. Dat is het verschil tussen een beweging en een partij”, legt hij uit.

 

Maar ondertussen vraagt iedereen zich wel af hoe het nu zit met de communautaire plannen van de N-VA.

 

Bij de verkiezingen van 2019 gaan we opnieuw een poging doen. We zijn ons daarop aan het voorbereiden. Maar voorlopig komen we daar nog niet mee naar buiten, want tot 2019 willen we een loyale regeringspartij blijven.

 

Als u een nieuwe staatshervorming wil, dan moet de Grondwet worden gewijzigd en daarvoor hebt u een meerderheid in het parlement nodig. Zit dat erin?

 

U hebt gelijk: wij beslissen over niets alleen, behalve over ons eigen programma (lacht). Maar ik kan mij niet voorstellen dat de PS voor die verkiezingen de indruk zal wekken dat ze bereid is om met ons akkoorden te maken. Ze zal daarmee zelfs wachten tot één minuut na middernacht, wanneer hopelijk blijkt dat het niet anders kan.

 

De PS hoopt in 2019 te kunnen vaststellen dat de N-VA een accident de parcours is geweest, dat de periode 2014-2019 slechts een nachtmerrie was en dat de oude orde kan worden hersteld. Dan is haar doel bereikt. Voor ons is dus de uitdaging om in 2019 opnieuw voldoende gewicht te krijgen om dat te voorkomen. Als men niet geeft om Vlaanderen, dan moeten we België pakken.

 

In de aanloop naar de vorige verkiezingen zei Siegfried Bracke dat de N-VA koos voor een economisch herstelbeleid en afzag van een communautaire agenda. Wat wordt de strategie ditmaal?

 

U aast na de bocht van Bracke op die van De Roover? (lacht) Wat mij betreft is de verstandigste strategie om voort te doen. De NVA wil een stuk opvoeren op een Vlaams podium. Tot nu toe hebben wij dat podium nog niet veranderd, maar het stuk gaat wel over de bekommernissen van heel veel Vlamingen. En het kernwoord is 'zelfbestuur'. Wij zullen ons niet laten verdrijven van het Belgische niveau.

 

In het verleden heeft de Vlaamse Beweging vaak de fout gemaakt om te ijveren voor Vlaamse autonomie en als dat niet lukte in een hoek te gaan zitten mokken. De PS was daar uiteraard heel blij mee. Zo dreigden we na de verkiezingen van 2010 een aanhangwagentje te worden. Maar in 2014 konden we inhoudelijk wel doorwegen. De Vlaamse stemmen tellen weer mee en de PS is niet langer incontournable. We zijn prominent aanwezig om het verschil te maken. Maar het is niet ons einddoel om op dat Belgisch podium te blijven wegen, zoals u weet.

 

Maar weet de kiezer dat nog wel? Uw partij is inmiddels gezakt van 33% naar 24% in de peilingen.

 

Dat is uiteraard niet prettig, maar veel belangrijker is of onze regering het land door de crisis kan loodsen. En dan blijkt eens te meer dat we in twee democratieën leven. In Wallonië hapt de PVDA grote stukken uit de PS, in Vlaanderen geloven veel mensen dat rechts de beste oplossingen heeft.

 

Op rechts verliest u stemmen aan het Vlaams Belang.

 

Dat stond in de sterren geschreven. De bodemkoers van uiterst rechts is volgens mij zo'n 10%. Kijk maar eens wat Geert Wilders, Marine Le Pen en de FPÖ in Oostenrijk halen. Het VB was daar met 6 à 7% ver onder gezakt. De winst van het VB is dus een soort herstel van de politieke markt. Maar het is onze taak om aan de kiezer uit te leggen dat een stem voor het VB alleen maar in de kaart speelt van de PS. Terwijl een stem voor de N-VA natuurlijk nooit voor 100% effectief kan zijn, maar toch wel heeft geleid tot grote verbeteringen in de pensioenen, de binnenlandse veiligheid, de migratie en de arbeidsmarkt. Wij hebben 33% van de Vlaamse en 17% van de Belgische stemmen, maar niet voor niets worden al onze regeringen 'N-VA- regeringen' genoemd.

 

Het VB en de Vlaamse Beweging grijpen nu de Brexit aan om ook hier een doorbraak te forceren. Waarom doet u dat niet?

 

Onze partij is geen voorstander van de Brexit, al respecteren wij het recht op zelfbeschikking. Wij geloven nog steeds in een Europees verhaal, maar dan wel een van eenheid in verscheidenheid. Als je morgen Europa opnieuw zou kunnen uitvinden, dan zou dat een concept worden met één taal, één geschiedenis en één doelstelling. Maar dat is uiteraard laboratoriumwerk. Het is wat Guy Verhofstadt en de andere architecten van het futuristische eengemaakte Europa doen: ze verzinnen achter hun bureau een ideaal en iedereen moet dan maar volgen. Maar zo werkt het niet.

 

IJsland zal altijd gemakkelijker te besturen zijn dan Europa of België. Als je die verschillen negeert, dan zal de realiteit je inhalen. Terwijl je je juist moet afvragen: waarom willen de mensen in dit Europa niet meer mee?

 

Wat moeten wij dan concreet leren van de Brexit?

 

De Belg is op dat gebied een naloper. Van alle Europeanen houden wij het meest vast aan de oude Europese oplossingen. Misschien komt dat wel omdat wij - in tegenstelling tot bijna alle andere landen - geen vaderland te verliezen hebben. Daarom vind ik dat we uit de Brexit moeten leren dat onze universiteiten nu al scenario's moeten schrijven voor het geval dat België uiteen zou vallen. Of we nu voor of tegen onafhankelijkheid zijn, dat argument telt niet. De universiteiten hebben de technische knowhow in huis en ze werken met gemeenschapsgeld, dus in feite is het hun plicht.

 

 


Het is onze taak om aan de kiezer uit te leggen dat een stem voor het Vlaams Belang alleen maar in de kaart speelt van de PS.


 

 

De regering heeft de mensen al veel pijn gedaan en ze gaat dat binnenkort opnieuw doen, wanneer de begroting 2017 wordt opgesteld. Hoe?

 

Dat zal moeten blijken. Ons uitgangspunt is dat het overheidsbeslag van 54% omlaag moet, liefst tot in de buurt van de 50% tegen het einde van deze legislatuur. In Duitsland en Nederland schommelt dat rond de 45%, dat geeft aan dat onze overheid te veel geld moet uitgeven voor dezelfde - of zelfs minder - diensten aan de bevolking. Dat komt omdat onze overheid niet efficiënt is en omdat onze verschillende overheden elkaar overlappen. En aangezien wij vinden dat de belastingen al hoog genoeg zijn, wat de mensen zeker ook pijn doet, zoeken wij naar oplossingen in de vorm van besparingen.

 

En dan hebt u het over besparingen in de sociale zekerheid?

 

Wij willen niet korten op de uitkeringen, maar wel het aantal uitkeringsgerechtigden verlagen. We hebben al een grote stap gezet met de hervorming van de (brug)pensioenen, maar we willen ook meer langdurig zieken activeren. De vraag moet niet langer zijn: wat kan je niet meer? Maar: wat kan je nog wél?

 

Het zou al helpen als de verwachte inkomsten beter worden ingeschat, zodat er niet telkens weer extra miljarden moeten worden gezocht.

 

Ons budgettaire rapport ligt inderdaad onder vuur, maar dat heeft veel te maken met de Belgische staatsstructuren, die kapitalen kosten. En ik vind de kritiek op onze minister van Financiën Johan Van Overtveldt onrechtvaardig en niet loyaal van de regeringspartners. De tekorten zijn niet het gevolg van zijn eigen initiatieven, de begroting is het werk van de hele regering. Je zou alleen kunnen zeggen dat hij zich soms door anderen laat verleiden om in hun te optimistische inschattingen mee te gaan, waarna hij er vervolgens op wordt afgerekend als die ramingen niet blijken te kloppen.

 

Maar ondertussen moeten we wel weer een gat van 8 miljard euro zien te dempen. Of is het inmiddels alweer groter geworden?

 

Die 8 miljard gaat over de hele legislatuur -- dus tot 2019. En ik wil daarbij toch onderstrepen dat we niet willen besparen op een van de grootste troeven van deze regering: het creëren van jobs in de privésector door de taxshift en andere maatregelen op de arbeidsmarkt. Anderzijds spelen ook andere kwesties, zoals het feit dat we nu met onze overheidsschuld geld verdienen door obligaties die uitstaan aan een negatieve rente. Maar de EU stelt onze hervormingen op prijs, en dat biedt ademruimte. In elk geval is België volgens Europa nog altijd in de gevarenzone. Het is dus belangrijk dat we op een aantal terreinen goed scoren. Niet alleen voor Europa trouwens, maar ook voor de kiezers.

 

Wat de verkiezingen van de komende jaren betreft: hoe staat het met de verhuisbewegingen in uw partij? Johan Van Overtveldt zou om electorale redenen naar Mechelen verkassen, Theo Francken naar Leuven...

 

(lacht) Die geruchten zijn vaak voorbarig en overdreven. Zelfs politici zijn geen pionnetjes die zich zomaar laten verplaatsen. Ik geloof ook niet dat zoiets zomaar werkt. Je moet toch een band hebben met de stad of gemeente waarnaar je verhuist. Ons Kamerlid Zuhal Demir is begin dit jaar verhuisd van Antwerpen naar Genk, maar zij is daar ook opgegroeid.

 

Heeft Johan Van Overtveldt een band met Mechelen?

 

Hij is daar naar school geweest (lacht).

 

En Theo Francken met Leuven?

 

Lubbeek grenst in het westen aan Leuven. Maar nogmaals, die verhalen zijn vaak overtrokken. Zelf ben ik enkele maanden geleden ook eens gesignaleerd in Turnhout, waarna meteen het verhaal een eigen leven ging leiden dat ik ga terugkeren naar mijn geboortestad. Wat niet het geval is, voor alle duidelijkheid.

 

lex moolenaar

 

(Lees ook mijn 11 juli-mijmering voor dit jaar.)

 


 

Gepubliceerd in Gazet van Antwerpen op 9 juli 2016, hier geplaatst op 11 juli 2016.

 

Foto: Gazet van Antwerpen

 

TIP: Dankzij internet kunnen wij ook veel mensen bereiken buiten de klassieke media om. Help daarbij en deel dit artikel. Gewoon op de knop hieronder drukken.

 

Labels