Tussenkomsten bespreking resolutie erkenning Palestijnse staat
Peter De Roover (N-VA): Mijnheer de voorzitter, geachte collega’s, de resolutie die wij hier met de vier meerderheidspartijen ter goedkeuring voorleggen, betreft een meer dan belangwekkende aangelegenheid, en wel om drie redenen.
Ten eerste, ze gaat over de wereldvrede. Wij weten allemaal welk kruitvat het Midden-Oosten is.
Ten tweede, ze gaat eigenlijk ook over de interne vrede in ons eigen land, omdat het thema, namelijk de Palestijnse zaak en de oorlogen en conflicten die daar woeden, ongetwijfeld ook in onze grootsteden leeft.
Ten derde, voor onze fractie is het een bijzonder belangrijke resolutie, omdat ze gaat over het recht op zelfbeschikking voor het Palestijnse volk, in het kader van een tweestatenoplossing.
Wij moeten rekening houden met de internationale politieke context en de vraag stellen hoe wij een nuttige bijdrage kunnen leveren en het gepraat voor de galerij kunnen overstijgen. De mogelijkheden voor dit huis, wanneer het de wereldvrede betreft, zijn uiteraard beperkt, maar dat betekent niet dat wij onze frustratie over de gebeurtenissen ginder en het trage vredesproces verder in machteloosheid moeten laten uitvloeien.
De machteloosheid van deze Kamer is misschien ook maar een schijnbare machteloosheid, want wij bepleiten een en ander te bekijken binnen het grote kader van de Europese Unie. Het is belangwekkend om erop te wijzen dat in het verleden gebleken is dat de Verenigde Staten op dat vlak veeleer onze beslissingen vanuit de Europese Unie volgen dan zelf het voortouw te nemen. Ik geef het voorbeeld van de erkenning van Palestina als waarnemend lid in de Verenigde Naties, waar wij met de Europese Unie de voortrekkersrol hebben gespeeld. Die weg willen wij voortzetten.
Het speelveld ter plekke is een terrein vol wantrouwen en ongelijkheid. Laten wij niet vergeten dat het gaat over Israël, als erkende staat, en Palestina, dat dat statuut vandaag nog niet heeft. Empathie is hier meer dan gepast. Tegelijk moeten wij ervoor opletten dat wij het vredesproces stimuleren en het niet door onverhoedse maatregelen blokkeren.
De resolutie — en wie dat ontkent, is ziende blind — is een belangrijke en ongeziene stap.
Het is omzichtig handelen dat ons leidt, want wij begeven ons in een porseleinkast. Het kan niet de bedoeling zijn dat dit huis extremisten aan de ene of de andere zijde van de barrière in de kaart gaat spelen in dit zeer tere proces. Vandaar omvat de inhoud van de resolutie vijf belangrijke punten.
Ten eerste, als principiële aanhangers van het zelfbeschikkingsrecht der volkeren zijn wij zeer tevreden dat wij met de fractie onomwonden de Palestijnse staat kunnen erkennen.
Ten tweede, wij kiezen voor een slimme timing. Dat betekent dat de erkenning onderdeel wordt van een proces en niet langer de beloning na de afronding ervan.
Ten derde, wij noemen de verantwoordelijken en de verantwoordelijkheden aan beide zijden en geven die nadrukkelijk een naam. Zoals wij enerzijds begrip opbrengen voor de gevoeligheden zowel aan Israëlische als aan Palestijnse kant, moeten wij ook de excessen aan beide zijden bij naam durven noemen.
Ten vierde, wij leggen — in tegenstelling tot wat is gesuggereerd over de resolutie, maar wie ze goed leest, heeft dat wel begrepen — geen vaste voorwaarden op, maar wij houden wel rekening met de context zoals die zich diplomatiek ontwikkelt.
Ten vijfde, wij kiezen nadrukkelijk voor het EU-verband. Onze resolutie sluit dan ook aan bij wat in andere lidstaten over deze aangelegenheid de voorbije weken werd goedgekeurd, ook bijvoorbeeld in het Europees Parlement. Een gelijkluidend signaal in de diverse parlementen is natuurlijk veel krachtiger.
De resolutie — en wie dat ontkent, is ziende blind — is een belangrijke en ongeziene stap. Wij rekenen erop dat zij een sneeuwbaleffect mag hebben en toch het vastgelopen vredesproces nieuw leven kan inblazen.
Dit thema zou de partijpolitiek moeten kunnen overstijgen, geachte collega’s. Ik heb daar ook toe opgeroepen in de commissie, maar spijtig genoeg heeft het debat dat daar heeft plaatsgevonden ons geleerd dat de oppositie een andere richting uit wil. De oppositie mat zich het kleedje aan van het zelfverklaarde monopolie op het grote morele gelijk. Zij heeft gekozen voor een nummertje voor de galerij. Ik denk dat wij dat een droevige poging moeten noemen om op de kap van de inwoners van Palestina en Israël goedkope punten te scoren. Ik betreur dat zeer.
Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, mijnheer De Roover, als het moeilijk gaat in een politiek debat dan beschuldigen mensen hun tegenstrevers wel eens van politieke spelletjes; dat is een gekende retorische truc. Ik begrijp echter eerlijk gezegd helemaal niet waar u dat vandaan haalt.
Peter De Roover (N-VA): U hebt de discussie in de commissie bijgewoond.
Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Wellicht verschillen wij van mening. Dit heeft niets te maken met politieke spelletjes. Wij zijn overtuigd en wij staan op onze strepen om u te zeggen wat wij denken over deze resolutie, die u als grote voortrekker verdedigt. U bent eerste indiener van deze resolutie en dus nam de N-VA het voortouw in het laten goedkeuren van een resolutie die bijzonder vaag en wollig is. Uw resolutie geeft de regering veel te veel vrijheid om ter zake te doen wat zij wil.
Ik wil u niet beschuldigen van naïviteit want ik wil geen politieke spelletjes spelen, maar ik wil wel verwijzen naar de feiten. Als dit Parlement uw vage, nietszeggende resolutie goedkeurt, dan is dat in de eerste plaats een vraag aan de minister van Buitenlandse Zaken, de heer Reynders. Ik wil dan ook verwijzen naar de woorden van onze minister van Buitenlandse Zaken uit een commissieverslag van 19 november 2014. Het is zeer duidelijk wat minister Reynders denkt over een mogelijke erkenning van Palestina en over deze resolutie. Ik citeer uit het verslag: “België is altijd voorstander geweest van de tweestatenoplossing en van de oprichting van een soevereine Palestijnse staat. Dit principiële standpunt betekent wel degelijk, in fine, aan het eind van een onderhandelingsproces, de erkenning van een Palestijnse staat.” Even later zei de minister ook nog, ik citeer: “… nadat beide partijen overeenstemming hebben bereikt over de belangrijkste punten die deel uitmaken van het conflict.”
Met andere woorden, mijnheer De Roover, de Belgische regering is helemaal niet van plan om Palestina te erkennen, tenzij wij als Parlement dit ondubbelzinnig vragen. Deze vraag om dit onvoorwaardelijk en zo snel mogelijk te doen, staat in de resolutie van mijn fractie en van een aantal andere fracties uit de oppositie. U geeft wolligheid aan een Belgische regering. U legt een aantal voorwaarden op en dat is het dan. U zegt dat de Belgische regering een aantal elementen kan overwegen, Europese consensus, overleg, enzovoort. U geeft de Belgische regering in feite een vrijgeleide om helemaal niets te doen. Voor een volksnationalistische partij, die het zelfbeschikkingsrecht voorstaat, is dit bijzonder teleurstellend.
Peter De Roover (N-VA): Mijnheer De Vriendt, dat u hierover van mening verschilt, noteer ik graag. Dat wij iets meer vertrouwen hebben in deze regering dan u, dat zal niemand verbazen, kan ik mij voorstellen. Daarover hebt u volgens mij weinig schokkends verteld.
In de commissie hebben wij u of andere mensen nooit het recht ontzegd om een andere mening te formuleren. Waar het hier wel over gaat, is dat u de indruk wekt dat u aan de kant van het grote morele gelijk staat en dat de overzijde zich blijkbaar in alle bochten wringt om een wollige tekst te fabriceren. Het verbaast mij dat u die indruk wil wekken, want ofwel bent u ziende blind, ofwel hebt u de tekst niet gelezen.
Misschien duurt het debat lang genoeg opdat u toch nog kennis zou kunnen nemen van de resolutie zoals wij die hebben ingediend en opdat u zich tegen het einde van deze discussie onder het motto van voortschrijdend inzicht zou aansluiten bij het voorstel dat wij naar voren schuiven.
Het woord “wolligheid” zult u straks wellicht op het spreekgestoelte nog geregeld herhalen onder het motto dat als men heel dikwijls zegt dat iets wollig is, de schapen zullen denken dat het nog waar is ook.
Ik kan u wel zeggen dat degenen die wel bereid zijn de resolutie te bekijken, en die niet naar andere teksten verwijzen, want ik meen dat wij zullen stemmen over de tekst zoals hij voorligt, zien dat deze resolutie veel verder gaat dan wat ooit in deze Kamer mogelijk is gebleken. Wij hebben, met deze meerderheid gekund wat u in vorige legislaturen niet hebt gekund. De sp.a is bijvoorbeeld nooit in staat geweest om een meerderheid tot stand te brengen, mijnheer Van der Maelen, die zo’n verregaande tekst goedkeurde.
Ik had het zeer mooi gevonden indien u had verwezen naar vroegere tijden toen u wel mee aan het roer stond, mocht u er in geslaagd zijn om toen een meerderheid te vinden om zo’n verregaande tekst goed te keuren die tegelijk niet de subtiliteit heeft van een olifant in een porseleinwinkel.
Gwenaëlle Grovonius (PS): Monsieur De Roover, vous oubliez, sans doute, que nous avons assumé nos responsabilités. Nous avons œuvré pour que la Palestine soit reconnue comme membre de l'Unesco, pour qu'elle soit reconnue comme observateur non-membre de l'ONU.
Vous êtes encore en train d'enfumer la majorité en avançant des contrevérités tout à fait insupportables!
Peter De Roover (N-VA): Ik ben zeer blij dat u verwijst naar geweldige stappen voorwaarts, maar wij zetten wel een stap verder. Wij gaan verder dan dat waarnaar u verwijst, hoe wollig dit ook mag worden genoemd.
Zakia Khattabi (Ecolo-Groen): Monsieur le président, je voudrais proposer à M. De Roover un petit exercice.
Monsieur De Roover, on connaît les velléités de votre parti en matière de reconnaissance et d'indépendance. Je voudrais vous inviter à vous mettre à notre place et à remplacer les termes État palestinien par Région flamande et d'appliquer un certain nombre de conditions aussi loufoques que celles que vous formulez aujourd'hui. Remettez-la alors en débat et voyez si alors vous ne seriez pas un peu plus sensible aux arguments amenés ce jour!
Je suis en effet surprise de la position de votre groupe quand on regarde historiquement les positions que vous avez prises et votre légèreté à accepter les conditions déposées sur la table pour la Palestine. Placez-vous dans une autre perspective, imaginez des conditions impossibles à atteindre, et vous comprendrez notre position!
Marco Van Hees (PTB-GO!): Monsieur De Roover, je veux vous soutenir. M. De Vriendt disait que votre résolution était floue. Vous n'êtes pas d'accord avec ses propos. Je suis d'accord avec vous. Votre résolution n'est pas floue. Il s'agit d'une résolution pour ne pas reconnaître l'État palestinien. Tout simplement!
Dirk Van der Maelen (sp.a): Ik zou een citaat willen voorlezen: “Ik ondersteun het initiatief dat het zelfbeschikkingsrecht van de Europese volkeren binnen de Europese Unie erkend wil zien als een fundamenteel mensenrecht en wens dat alle Europese instellingen alle Europese burgers en hun naties ondersteunen als ze dit recht wensten toe te passen". De auteur van het citaat heet Peter De Roover.
Mijnheer De Roover, mag ik u vragen waar u het verschil ziet tussen Kosovaren en Catalanen, die een beroep doen op hun zelfbeschikkingsrecht, en Palestijnen? Kunt u mij dat eens uitleggen?
Peter De Roover (N-VA): Mijnheer Van der Maelen en de collega’s die het woord hebben genomen, er zijn geen gevaarlijkere politici dan degenen die denken dat zij in een laboratorium actief zijn. Wij zijn actief in een echte wereld met een echte context. U bent, als u daar geen rekening mee houdt, iemand die veeleer speelt voor de binnenlandse galerijen, die wil scoren op de kap van de problematiek. Als u blind bent, geachte collega’s, voor de specifieke context, niet de Kosovaarse context, wel de context van het Midden-Oosten met de hele brede en historisch aparte problematiek, dan zult u begrijpen dat enige omzichtigheid hier veel belangrijker is dan de opvoering van goedkope nummertjes en het vinden van laboratoriumwaarheden, die in de realiteit niet bruikbaar zijn en een tegenovergesteld effect hebben.
Dirk Van der Maelen (sp.a): Ik zal straks reageren, maar u vraagt aan de oppositie om het voorstel van de resolutie van de meerderheid eens te lezen. Herinnert u zich dat ik in het debat in de commissie gewezen heb op een tegenstrijdigheid tussen de Nederlandse en de Franstalige versie, en niet op een detail. In de Nederlandse tekst stond dat een wijziging aan de grenzen van 1967 “in overleg” moest gebeuren, terwijl er in het Frans stond "en accord”. Mijnheer De Roover, weet u wat dat betekent? De tekst is geschreven op het kabinet van Buitenlandse Zaken. De tekst is geschreven door de MR en de N-VA heeft die geslikt. U wou zo graag in de regering stappen dat u uw eigen waarden en principes opgeborgen hebt. Dat en niks anders is de waarheid!
Peter De Roover (N-VA): Mijnheer Van der Maelen, uw opwinding is omgekeerd evenredig aan de inhoud van uw tussenkomst. Wij hebben een tekst geschreven, samen met de collega’s van de meerderheid.
Dirk Van der Maelen (sp.a): De MR…
Peter De Roover (N-VA): Aangezien u de debatten hier volgt, zal u al gemerkt hebben dat de MR deel uitmaakt van deze meerderheid. De MR zit daar volwaardig in, net zoals de N-VA.
Ik ben heel blij dat u het citaat naar voren hebt geschoven. Ik ben, als voorstander van het fundamentele zelfbeschikkingsrecht der volkeren, bijzonder trots dat wij dat hier vandaag kunnen goedkeuren, dat wij dat principe hier voor een brede Kamermeerderheid – ik nodig u uit om u zich daarbij aan te sluiten – in deze zeer gevoelige politieke aangelegenheid naar voren kunnen schuiven.
Ik zal u in één duidelijk zinnetje aantonen wat het verschil is tussen de aanpak van uw resoluties en die van ons. Terwijl de oppositie blijft vasthangen bij de gemakkelijke wat-vraag hebben wij ons gebogen over de veel moeilijkere hoe-vraag. Het is heel comfortabel om die oefening niet te doen, maar wij nemen onze verantwoordelijkheid om ook de hoe-vraag te bekijken en ons niet vast te strikken in pure theoretische grote concepten.
Eén verwijt accepteren wij graag: deze resolutie lijdt aan een manifest gebrek aan eenzijdigheid. De vraag of de N-VA een keppeltje draagt dan wel een arafatsjaal is een problematiek die wij willen overstijgen. Het is noodzakelijk dat we in deze zeer tere situatie – die zowel de wereldvrede treft als heel vaak de debatten in onze eigen straten, in onze grote steden, in grote mate mee beïnvloedt – het denken in kampen kunnen en durven overstijgen. Dat is de essentie van deze resolutie.
Ik wil de oppositie opnieuw uitnodigen om deze zeer belangrijke stap, over de grenzen van meerderheid en oppositie heen, kamerbreed te zetten. Dan zal het signaal des te krachtiger zijn. Indien u zich blijft opsluiten in uw groot gelijk van principes, zonder u af te vragen hoe u het zult realiseren, dan zullen wij deze resolutie goedkeuren met de normale meerderheid.
Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer De Roover, u bent het met mij eens dat u in uw voorstel van resolutie geen snelle, onvoorwaardelijke erkenning van de Palestijnse Staat vraagt. U koppelt daar een voorbehoud aan. Ik geef een voorbeeld. U vraagt aan de regering om rekening te houden met het bestaan van een volwaardige Palestijnse regering met gezag over heel het Palestijns grondgebied. Dat laatste ligt, nota bene, niet in handen van die Palestijnse regering, maar wordt geblokkeerd door de annexatie door Israël. Wat u vraagt, kan dus gewoonweg niet, is totaal onhaalbaar en illusoir.
Los daarvan wil ik u eigenlijk vragen wat uw partij nog denkt te doen om Israël ertoe te bewegen om het internationaal recht te respecteren. Wij vragen in onze ingediende tekst wel de snelle, onvoorwaardelijke erkenning van de Palestijnse Staat, omdat wij denken dat de erkenning zuurstof zal geven aan het debat. Wij denken dat het een zeer krachtig politiek signaal zou zijn ten opzichte van Israël. Het moet namelijk gedaan zijn met de overtredingen van het internationaal recht.
Mijnheer De Roover, vindt u dat Israël het internationaal recht schendt of niet? Op de lange duur weet ik eigenlijk niet meer goed welk reactionair standpunt de N-VA inzake het conflict Israël-Palestina heden ten dage nog inneemt. Ik wil u erop wijzen dat zelfs onze minister van Buitenlandse Zaken, Didier Reyners, effectief spreekt over overtredingen van het internationaal recht door Israël. Deelt u dat standpunt van de MR en van Didier Reynders, of vindt u dat er helemaal niets aan de hand is?
Als u vindt dat er een probleem is, wat stelt u dan voor om uit de impasse te geraken in het Midden-Oosten? Wat zou een land als België kunnen doen? Wij spreken hier over de erkenning van Palestina, maar we kunnen bijvoorbeeld ook wat extra druk zetten op Israël door Israëlische producten uit de illegale nederzettingen te labelen of door de import van die producten te verbieden.
Mijnheer De Roover, u behandelt de oppositie hier met een zeker dedain, maar wij zijn wel degelijk bezig met het zoeken naar creatieve hefbomen en instrumenten. Daarom vraag ik naar uw instrumenten. Wat kan België doen om in het Midden-Oosten uit de impasse te geraken, tenzij u zich neerlegt bij het status quo? In dat laatste geval is de tijd wel rijp om dat standpunt van N-VA hier duidelijk op tafel komt.
Zakia Khattabi (Ecolo-Groen): Monsieur De Roover, je voudrais réagir et m'inscrire en faux par rapport à un élément que vous avez cité et dont je ne voudrais pas qu'il reste ici en l'état. Vous avez dit que l'on ne peut pas choisir entre la kippa ou le foulard palestinien.
Ce faisant, monsieur De Roover, vous laissez penser qu'il ne s'agit pas d'une question politique. La kippa est un signe d'appartenance à une communauté religieuse. Il ne s'agit donc pas de choisir entre la kippa et le foulard palestinien.
La question israélienne qui nous occupe est une question de politique israélienne et non une question d'appartenance à une communauté religieuse. Je m'inscris donc en faux sur ce choix que vous nous imposez dans le cadre de ce débat.
Peter De Roover (N-VA): Mevrouw, ik zal meteen op het laatste antwoorden. Ik kan u geruststellen. Beeldspraak is beeldspraak.
Het gaat inderdaad over een politiek conflict, waarbij wij nu net, en dan kom ik bij de heer De Vriendt, geen keuze maken tussen en geen voorkeur uitspreken voor wat dan de Israëlische of de Palestijnse zaak zou worden genoemd. Een oplossing kan immers alleen maar een oplossing zijn als we die tweedeling kunnen overstijgen, zoals de hele inhoud van de resolutie aangeeft.
Mijnheer De Vriendt, u had het daarnet over een bekende politieke techniek. U hebt er ook een gebruikt. Als uw argumenten op zijn, begint u over een heel ander thema zoals de labeling of het internationaal recht. Dat zijn heel belangrijke aangelegenheden, maar waarover in deze resolutie, noch in uw versie noch in de onze, wordt gesproken.
Hierover gaat het niet. Bij een volgende debat daarover zullen wij ons daarin heel graag mengen. Trouwens, wat de overtreding van de internationale rechtsregels betreft, mag ik u geruststellen. Onze reactionaire N-VA hanteert geen andere normen dan de rest van de wereld en wij zijn daar absoluut dezelfde mening toegedaan als bijvoorbeeld onze minister van Buitenlandse Zaken.
Wat ik heel sterk vind, is uw verwijzing naar onze hoop en het element dat wij mee in de rekening willen nemen, namelijk dat het hele Palestijnse grondgebied - het citaat dat u geeft - in eerste instantie geen conditie is. U moet de tekst lezen zoals hij daar staat. Het gaat om een element waarbinnen de diplomatieke vrijheid van deze regering zal worden gehanteerd.
Ik wil daarop kort verder ingaan. Hoe kan men in godsnaam een blinde resolutie - laten we Palestina erkennen –indienen? U scoort daar misschien hier mee, maar niet in Palestina zelf. Daarmee wordt die zaak geen millimeter vooruitgeholpen.
Het zal u verbazen, maar ons gaat het over de zaak van de Palestijnen ter plaatse. Een blind uitroepen van de erkenning helpt hen geen stap vooruit. Welke zin heeft een Palestijnse staat immers als er geen overheid is die over het hele grondgebied haar normale activiteiten kan ontplooien?
U begint een Palestijnse staat die in zijn geboortebed zelf alles heeft van een failed state, een soort nieuw Somalië, een land waar op geen enkele fatsoenlijke manier burgerlijke ontwikkelingen kunnen plaatsvinden. U kiest voor een blinde erkenning van iets wat niet levensvatbaar is als we dat buiten de context plaatsen.
Dat spelletje spelen wij niet mee, mijnheer De Vriendt, hoe mooi dat ook mag klinken voor wie de zaak simplistisch benadert.
U kunt mij dus niet verleiden, en dat is ook de hele inhoud van deze resolutie, tot dat soort zwart-witdenken. Wij hebben in de resolutie een keuze gemaakt die zowel de correcte en eerlijke bekommernissen van Israël als de correcte en eerlijke bekommernissen van Palestina en de Palestijnen in rekening neemt en die zich niet te buiten gaat aan ongenuanceerde eenzijdigheid.
Ik denk dat u het debat echt niet vooruit helpt als u blijft steken in die zwart-witbenadering die wij met deze resolutie hebben willen verlaten en de vraag aan de regering om de Palestijnse Staat te erkennen binnen een ruimte van diplomatieke ontwikkeling.
Dat is dan het fundamentele verschil van mening. Als wij u daarin niet kunnen overtuigen, zullen wij die resolutie alleen goedkeuren.
De voorzitter: U kunt uw opmerking ook opnemen in uw eigen betoog straks, mijnheer De Vriendt.
Wouter De Vriendt (Ecolo-Groen): Mijnheer de voorzitter, ik zal zeer kort zijn.
Ik wil de mensen die dit debat volgen of dit later zullen lezen in het verslag erop wijzen dat de heer De Roover niet heeft geantwoord op mijn vraag hoe zijn N-VA-fractie de druk op Israël wil verhogen zodat zij het internationaal recht respecteren en er een begin van een uitweg komt uit de impasse in het Midden-Oosten.
Een onvoorwaardelijke erkenning van Palestina is daarvoor volgens ons een hefboom.
Wij zijn bereid tot een open debat, maar ik wacht op uw alternatief. Wat zijn uw voorstellen tot nu toe? Ik heb het ook al gevraagd in de commissie. Ik heb dat vandaag gevraagd. Ik heb daarover van de N-VA niets gehoord.
Peter De Roover (N-VA): Mijnheer de De Vriendt, u hebt wel antwoorden gehoord, maar u hebt niet geluisterd. Horen en luisteren zijn twee werkwoorden met een andere betekenis.
In deze resolutie zeggen wij heel duidelijk, in tegenstelling tot vroeger, dat de erkenning van de Palestijnse staat niet het snoepje, niet de kers op de taart is wanneer ze gebakken is. Wij hebben nu gezegd dat dit een onderdeel van het proces kan zijn. Geen enkele partij heeft met andere woorden het monopolie om te bepalen wanneer wij die stap zetten.
Als u dat verschil met vroeger tegenover deze resolutie niet begrijpt, dan heeft dit debat geen zin want dan luistert u niet en dan heeft het ook geen zin om kaarsen en brillen aan te sleuren.
Na mijn toespraak namen uiteraard ook vertegenwoordigers van de andere partijen het woord. Op mijn beurt intervenieerde ik enkele keren.
Reactie op PS-collega Grovonius
Peter De Roover (N-VA): Collega Grovonius, nogal wat van wat u hebt gezegd, is absoluut niet in tegenspraak met mijn uiteenzetting en evenmin met de inhoud van het voorstel van resolutie.
U zult niet de laatste zijn, want ik verwacht dat nog een aantal leden uw poging zullen herhalen. Straks zullen sp.a, Groen en Ecolo waarschijnlijk hetzelfde verwijt maken. U wekt opnieuw de indruk dat de voorliggende tekst strikte voorwaarden zou instellen. Ik verzoek u de tekst te lezen, want dat klopt niet.
Mevrouw Grovonius, ik wil alleen dit nog even kwijt. De resolutie van het Europees Parlement, die onder meer ook door de socialistische fractie is goedgekeurd, bepaalt: “Supports in principle the recognition of Palestinian statehood and the two-state solution and believes these should go hand in hand with the development of peace talks, which should be advanced".
Mevrouw Grovonius, eigenlijk past ons voorstel van resolutie helemaal in de context van die principiële erkenning, principiële erkenning die wellicht in onze tekst zelfs iets scherper is geformuleerd.
Reactie bij de tussenkomst van Olivier Maingain (FDF)
Peter De Roover (N-VA): Ik wil er toch even op wijzen dat ons voorstel van resolutie zelfs verder gaat dan de resolutie zoals die in het Europees parlement tot stand is gekomen, na de nodige herschikkingen en herschrijvingen, parallel met de discussies die hier hebben plaatsgevonden, en die door de socialisten in het Europees parlement in Brussel werd goedgekeurd.
Mijnheer Van der Maelen, lees wat er in de voorgestelde tekst staat en wek niet de indruk dat er iets ander in staat. Ik begrijp dat u bijzonder gegeneerd bent, omdat uw partijgenoten in het Europees parlement niet hebben kunnen bereiken wat wij wel hebben bereikt. Wij hebben hen in snelheid genomen, we zijn hen links en rechts voorbijgegaan en overheen gegaan. Ik kan aannemen dat u dat bijzonder stoort. Ik heb heel veel begrip voor uw opwinding, maar het feit blijft dat wij verder gaan dan die resolutie.
Ik stel voor dat dit als uitzending voor schooltelevisie wordt opgenomen onder het motto “dovemansgesprek, hoe gaat zoiets”. Dit is er een voorbeeld van, want u blijft met een ongeziene koppigheid, een betere aangelegenheid waardig, de indruk wekken dat ons voorstel van resolutie conditioneel zou zijn, hoezeer wij ook ontkennen dat dat het geval is, hoezeer de teksten ook duidelijk maken dat het niet zo is. Mevrouw Grovonius, collega’s van de oppositie, ze is dat niet. Het heeft geen zin dat ik dat nog 36 keer ontken. Laat het dus bij deze ontkend zijn voor eens en altijd.
Reactie op Georges Dallemagne (cdh)
Peter De Roover (N-VA): Ik kan u, met een zeker gevoel van vermoeidheid weliswaar, meedelen dat wij niet de resolutie zullen goedkeuren die u beweert dat wij zullen goedkeuren. Wij zullen de resolutie goedkeuren zoals die nu voorligt en niet zoals u die probeert te framen.
Reactie op Emir Kir (PS) die de mening van de regering wilde kennen over de resolutie
Peter De Roover (N-VA): Het debat begint toch surrealistische vormen aan te nemen. Ik heb nu begrepen dat aan de regering wordt gevraagd wat wij bedoelen met onze resolutie. Volgens mij is een resolutie een vraag van de Kamer aan de regering en men wekt de indruk dat het de regering is, die ons een vraag stelt.
Ik moet u zeggen dat er een wezenlijk verschil is tussen de Kamer en FC De Kampioenen: in de Kamer is er geen beperking op herhalingen.
Rectie op Dirk Van der Maelen (sp.a)
Peter De Roover (N-VA): Mijnheer Van der Maelen, u hebt gewezen op een paar breuken tussen dit beleid en het vorige. U hebt nog niet helemaal afgerond, dus misschien komt het nog, maar er is nog een verschil tussen deze regering en die waarvan u deel hebt uitgemaakt. Wij erkennen de Palestijnse Staat wel. De uwe is daar niet in geslaagd.
Dirk Van der Maelen (sp.a): Het is echt de moeite niet waard om daar op te antwoorden.
Peter De Roover (N-VA): Dat verschil is heel duidelijk, mijnheer Van der Maelen.
Hier geplaatst op 10 februari 2015, debat van 5 februari 2015.
Foto: op het spreekgestoelte
TIP: Dankzij internet kunnen wij ook veel mensen bereiken buiten de klassieke media om. Help daarbij en deel dit artikel. Gewoon op de knop hieronder drukken.
- Login om te reageren