Zondagsmijmering: Over een vlinder
Kuierend door de keuken met op de schouder onze kleine aanwinst - vandaag een maand oud al - zag ik door het venster een vlinder de bloem van het vlinderstruikje strelen. Een vlinder biedt geen voorpaginanieuws. Een vlinder aan onze stadse vlinderstruik vormt hier wel hoofdnieuws.
Ik vertelde het onze nieuwgeborene die het niet begreep maar wel optekende, ergens onder dat zich vormende hersenpannetje om er later, misschien veel later, wat over te mijmeren.
De vlinder steeg op en verdween maar de vogel die onze blok al een lente lang verblijdt met zijn gezang, en daar nu in de zomer bij wijze van toegift mee doorgaat, dompelde de wijk weer in zijn zalige klanken die ons de illusie schenken aan de rand van een bos te verwijlen.
Ik vertelde het brokje levensgeluk op mijn schouder over de vogel en het liedje van Tim Visterin schoot me te binnen. Mijn hernieuwde vaderrol heeft onder meer tot gevolg dat ik weer volop aan het zingen sla. Wij leven hier momenteel als het ware in een musical.
Ik zong dat de knaap mijnheer Merlijn op diens vraag welke wens hij had onbevreesd antwoordde een mooie vogel te willen zijn. “Met sterke vleugels alstublieft meneer Merlijn. Een mooie vogel in de lucht met pluimen, poten en een vlucht. En alle kleuren van de regenboog aha. Ach meneer een mooie vogel wil ik zijn.”
Denk nog eens goed na, geeft Merlijn hem een tweede kans, en somt de alternatieven op: kracht, macht, rijkdom, wijsheid of een paleis.
Maar het jongetje wil slapen op een wolk, de lucht doorklieven als een dolk en het zonlicht vangen met een boog.
Terwijl mijn ongeoefende basstem de nodige borstvibraties opwekte die ons jongetje rustig maakt, schoot het me door het hoofd dat wij voor vogels de vrije vlucht verkiezen boven het van voedsel en warmte verzekerde maar benepen bestaan in de kooi, dergelijke avontuurlijkheid in het eigen leven evenwel graag inruilen voor de bescherming achter de tralies van onze welvaartstaat. Droom en daad. Ze botsen voortdurend.
De beschutting van het kleine stadstuintje of de romantiek van de onmetelijke open lucht? Ook de vogel moet wel eens poot aan de grond zetten en de vlinder fladdert, na zich tegoed te hebben gedaan aan het nectar, freel over de tuinmuur.
Ik improviseerde een liedje over de vriendschap tussen een vlinder met sterke vleugels en een struik met diepe en brede wortels. Op mijn schouders werd het onder een hersenpannetje opgetekend.
Foto: Een bescheiden, haast banale vlinderstruikbloem vormt zo’n wondertje van de natuur binnen ieders handbereik.
Facebook, 6 juli 2025
- Login om te reageren