Slotaflevering van mijn Saoedische reisindrukken

Slotaflevering van mijn Saoedische reisindrukken

Na zeven afleveringen is de tijd rijp om mijn Saoedische reiservaringen af te sluiten. En wat hebben we dan geleerd daar op het Arabische schiereiland?

Na zeven afleveringen is de tijd rijp om mijn Saoedische reiservaringen af te sluiten. En wat hebben we dan geleerd daar op het Arabische schiereiland?

We hebben wel ‘iets’ met Saoedi-Arabië (KSA). Formeel moeten we over KSA spreken als een westerse bondgenoot. Dat is al bij al maar goed ook, want stabiele olieprijzen blijven in het belang van de hele wereld en zeker ook in dat van ons allemaal. De Saoedi’s spelen als grootste producenten uiteraard een cruciale rol op de internationale petroleummarkt en dat houden we best voor ogen. Anderzijds roept het regime weinig gevoelens van geestdrift op in onze streken en ook dat is meer dan logisch. Laat ik het voorzichtig zo formuleren: de samenleving van ginder past niet bepaald in onze visie op de betere leest waarop wij graag een gemeenschap geschoeid zien.

In de Kamer valt het woord Saoedi-Arabië dan ook geregeld. Na de veroordeling van de kritische blogger Raif Badawi in 2014 tot tien jaar celstraf en duizend stokslagen, sloot de Kamer zich aan bij het wereldwijde protest. In september 2016 legde Groen een verregaande resolutie neer “om het buitenlandbeleid ten aanzien van het Koninkrijk Saoedi-Arabië te herzien”. Die werd meer dan een jaar later fel geamendeerd goedgekeurd na urenlange debatten in commissie en plenaire zitting. In april 2017 ontstond commotie over de verkiezing van Saoedi-Arabië tot lid van de Vrouwenrechtencommissie van de Verenigde Naties, waarbij ook België op het groene ja-knopje drukte. De Parlementaire Onderzoekscommissie naar de aanslagen van 22 maart sneed een luik aan over de betwistbare activiteiten van de Grote Moskee die door wijlen koning Boudewijn in 1967 in concessie gegeven werd aan zijn Saoedische collega Faisal. Op aanbeveling van de Onderzoekscommissie zet deze regering die concessie nu stop. Wanneer het in het parlement over KSA gaat, dan hangt er altijd wel iets onaangenaams aan de knikker.

Het valt wel op dat zo’n ingrijpende resolutie over KSA wordt behandeld én goedgekeurd zonder dat één lid van de Kamer ooit in dat land is geweest of er inspanningen worden geleverd om alle klokken te laten luiden vooraleer een oordeel te vellen. Omstandigheden brachten mij in februari in dat land en begin mei nam ik deel aan een parlementaire delegatie die KSA bezocht. Het maakt mij in één klap tot de wellicht meest ervaren Saoedi-ganger van het hele Belgische halfrond. Dat is veelzeggend want een stapeltje leeswerk en twee weliswaar goed gevulde maar toch korte bezoekjes maken een mens nog niet tot specialist. 

De verandering die gevat wordt in het formele overheidsproject Vision 2030 mikt zoals in eerdere afleveringen aangegeven op drie terreinen; economie, buitenlandse beleid en samenleving. Het economische luik is ambitieus maar eigenlijk niet zo bijzonder origineel. Vele onderdelen vind je terug in soortgelijke projecten om landen naar de ‘nieuwe wereld’ te voeren. In de regio van KSA startten bijvoorbeeld de Emiraten die oefening al eerder. Het basiswerk achter Vision 2030 komt uit de kokers van globaal opererende consultants uit de McKinseystal en die vertelden aan de Saoedische prinsen geen fundamenteel ander verhaal dan ze elders in de wereld aan de man wisten te brengen. 

De specifieke geopolitieke situatie van de regio geeft er wel een eigen Saoedische tint aan. Dat onderdeel van die grote Visie zit trouwens theoretisch moeilijk. Het spagaat tussen strijd tegen terrorisme – ook KSA is daar meermaals concreet mee geconfronteerd in eigen land – en de staalharde concurrentie met Iran – steunend op de dubbele tegenstelling met Perzen en sjiieten - zorgt voor verwarring; in KSA zelf en in het buitenland. Gewelddadige soennitische fundamentalisten die geweld gebruiken zoals IS, Al Qaeda en tutti quanti staan niet in hun gehanteerde actiemiddelen maar wel in hun denken en al zeker in hun afkeer voor Iran niet zo ver van het op stabiliteit gerichte maar evenzeer fundamentalistische wahabisme waar de Saoed-familie zich al eeuwenlang mee verbindt. Mijn bezoeken leerden me terzake vooral hoe zeer het land ook zelf kampt met die spreidstand.

De Saoedische koning Salman en zeker zijn zoon en kroonprins Mohammed bin Salman (MbS) beseffen ten volle de noodzaak van maatschappelijk hervormingen die de economische moeten ondersteunen en zelfs mogelijk maken. Zo is de evolutie in vrouwenrechten opvallend en onmiskenbaar, zeker beseffend waar het land op dat vlak zich bevindt. Mag ik het beeld gebruiken van de ‘vogel in een gouden kooi’? Saoedische vrouwen kunnen op materieel vlak doorgaans zelfs geprivilegieerd genoemd worden. In vele landen ter wereld zouden vrouwen meteen tekenen voor het ‘lot’ van hun Saoedische geslachtsgenoten. Maar die aangename materiële omgeving zit wel geklemd in een kader dat westerse vrouwen niet zouden aanvaarden. Saoedische dames reageren weliswaar erg geprikkeld als ze worden aangesproken op hun toch erg afgebakende leefomstandigheden maar wanneer ze bijvoorbeeld de kans krijgen om met de auto te rijden, dan schrijven ze zich graag en massaal voor de rijlessen. 

Het is betekenisvol dat de elektronische versie van Vogue Arabia de meeste volgsters telt in KSA. Achter de sluiers proberen nieuwsgierige ogen zoveel mogelijk wereld op te nemen. De moeilijkheden waar datzelfde Vogue Arabia op stoot bij de keuze van modellen en thema’s, leert dan weer hoe glibberig en bochtenrijk het pad van de vrouwenemancipatie in KSA blijft. Dat bleek ook toen vrouwelijke activisten enkele weken geleden achter de tralies verdwenen terwijl de uitreiking van de eerste rijbewijzen aan vrouwen begin juni breed in de etalage werd gezet door het regime. Toch ligt de wereld voor de Saoedische vrouwen – zowat 55% van de Saoedische universiteitsstudenten – in de feiten steeds dichterbij en dat blijft uiteraard niet zonder gevolgen.

Dat is ook het geval voor de jongeren, de meerderheid in een land waar 70% nog geen 30 jaar oud is. Voor hen zijn de smartphones onmisbare gebruiksvoorwerpen die weliswaar door censuur op beperkingen stoten maar zelfs dan wordt de wereld toch maar voor een klein deel afgeschermd voor die jonge Saoedi’s. De tienduizenden jonge mannen en vrouwen die elk jaar naar het buitenland trekken voor hogere studies, worden al helemaal ondergedompeld in de evoluerende wereld. Jongeren en vrouwen lijken de grootste aanhangers te zijn van MbS drastische hervormingsproject omdat Vision 2030 de belofte inhoudt de poort naar de wereld verder te openen. 

Maar KSA blijft vooral een topdown-land. MbS presenteert zich als de open, moderne, vlotte prins die weet hoe de 21e eeuw er uit ziet maar tegelijkertijd wordt iedereen geacht mooi in zijn lijn mee te denken. Van politieke openheid voor andersdenkenden is geen sprake. De toestand op dat vlak lijkt eerder te verslechteren dan in de goede richting te evolueren. De koning en zijn kroonprins worden geacht te weten wat goed en juist is en daar hoort niet al te kritisch op gereageerd te worden. Het hele opzet van de Shura, het raadgevende ‘parlement’ dat de Koning geheel naar eigen goeddunken samenstelt, past in dat paternalistische model: de Saoeds weten waarheen, zij weten hoe ze daar geraken, ze luisteren graag naar goede raad maar beslissen op het eind altijd zelf. 

Zo’n bestel botst inderdaad op ons democratisch model maar dat ontkennen onze gesprekspartners in KSA ook helemaal niet. Enkele treffende citaten, opgetekend uit verschillende monden: “Jullie bekijken het vanuit westerse bril in plaats van Saoedisch perspectief”, “Wij vragen respect voor onze tradities, godsdienst en identiteit”, “Wij willen niet dat jullie cultuur hier wordt opgelegd, dat veranderingen van buiten worden opgedrongen”, “Waarom altijd die vraag van westerlingen ‘why are you not like us?’ Wel, wij zijn niet zoals jullie.” 

Achter deze uitspraken gaat de overtuiging schuil dat er nu eenmaal een dikke streep loopt tussen hun visie op de samenleving en de onze, een streep die ze gerespecteerd willen zien. Merk op dat deze aangehaalde citaten opvallende Saoedische versies vormen van een taalgebruik dat ook velen in het Westen zelf hanteren als het gaat over de fenomenen immigratie, identiteit en diversiteit. KSA zorgt er weliswaar nauwlettend voor dat het land niet zoiets als definitieve immigratie kent - het derde van de inwoners met een andere nationaliteit blijft nadrukkelijk gebeiteld in het concept ‘gastarbeider’ - maar de angst voor de import van té westerse ideeën en gebruiken zit er absoluut in. 

In sommige antwoorden lag een belangrijke nuance besloten, die eerder wijst op een tijdsverschil dan een dikke streep tussen hen en ons: “Wij geloven in graduele veranderingen, niet in radicale omwentelingen”, “Verkozen parlement? Wij kennen een evolutie en die mag niet te bruusk verlopen”, “Jullie willen dat wij op enkele decennia doen waar jullie eeuwen voor nodig hadden”, “De bureaucratie heeft moeite met veranderingen, daar moeten we rekening mee houden”. 

In principe schuilt er achter ‘wij zijn anders dan jullie’ en ‘geef ons de nodige tijd’ uiteraard een fundamenteel ander uitgangspunt. Misschien herken je uit dat subtiele onderscheid in woordkeuze het verschil tussen de pragmatische conservatief en de geduldige liberaal, ook in die ogenschijnlijk zo homogene Saoedische samenleving. Het uitgangspunt dat de Koran en dus de sharia de grens vormen voor elke hervorming hoorden we in elk geval niemand betwisten. De uitspraak dat ook de Koran in zijn tijd en context moet worden gezien, was zowat de meest gedurfde zin die ik op dat vlak kon noteren. 

Vandaag staat het kompas bij ongeveer iedereen op verandering, gekoppeld aan de eis dat de buitenwereld zich daar niet te zeer als allesweter mee gaat bemoeien. Wie wel de indruk wekt dat ‘wij’ de rol ambiëren van één of andere zich superieur wanende raadgever of, erger nog, als sterren uitdelende controleur van de Guide Michelin van Goede Staatsordening krijgt meteen de wind van voor. Dan volgen prompt de tegenwerpingen over het lot van seksueel uitgebuite vrouwen, racisme, armoede en andere minder fraaie hoofdstukken uit ons westers handboek. 

Met deze reiservaringen wil ik vooral meegeven hoe in KSA zelf over een aantal zaken wordt gedacht, opdat we ons een breder gevoed beeld van het land zouden kunnen vormen. Dat beeld verdient voortdurende actualisering want dat er veel beweegt in KSA staat buiten kijf. Dat het wel degelijk meer is dan PR en cosmetica evenzeer maar een kritische geest blijft bij het aanschouwen van één en ander absoluut noodzakelijk. 

Deze aantekeningen hebben de bescheiden ambitie te helpen bij het vinden van het nauwe pad tussen westerse betweterigheid en hypocriet gesloten genepen ogen. Het blijft een moeilijke zoektocht en daarom is elke bron van informatie welgekomen. Ook deze meen ik.