Hoofddoek afgezet tussen Teheran en Riyad

Hoofddoek afgezet tussen Teheran en Riyad

De Nederlandse minister Sigrid Kaan kreeg heel wat kritiek omdat ze de Iraanse president gehoofddoekt bezocht. Daarna vloog zij verder naar de Saoedische hoofdstad Riyad en ook haar hoofddoek vloog… in de valies. Opmerkelijk. 

 

Hoe kleedt een regeringsleider zich op een officieel bezoek aan het buitenland? De Canadese premier Justin Trudeau ondervond vorige week hoe moeilijk het is om daar evenwicht bij te vinden. Op een trip door India liet hij zich zo veelvuldig in allerhande lokale pakjes hijsen dat het potsierlijk werd. Respect tonen voor gastheren en -dames is een even mooi als wereldwijd gebruik maar hoe ver kan/moet je daar in gaan? “Let the beast go”, riep Jean-Luc Dehaene onverstoord uit onder de Texaanse cowboyhoed maar de foto staat sedertdien wel gebrand in ons collectieve geheugen.

 

Het kan ook over meer gaan dan folklorisme versus authenticiteit. Als gezagsdraagster met hoofddoek verschijnen in het Midden-Oosten roept andere vragen op. Een zaak van respect of platte onderdanigheid? De Nederlandse minister van ontwikkelingssamenwerking Sigrid Kaag ondernam vorige week een lang geplande trip ter vervanging van minister van buitenlandse zaken Halbe Zijlstra die onlangs ontslag moest nemen en nog niet werd vervangen. Kaag bezocht Iran, Oman en Saoedi-Arabië, drie uitgesproken moslimlanden.

 

Toen ze haar opwachting maakte bij de Iraanse president Hassan Rouhani deed ze dat mét hoofddoek en prompt volgde stevige tegenwind in de (sociale) media. Kaag is lid van de progressieve, erg seculiere D66 en dat maakt één en ander nog vreemder. “Het heeft geen zin om anderen je waarden en normen op te leggen”, verdedigde ze zich. Dat is een opvallende ‘realistische’ benadering die schril afsteekt van het belerende vingertje dat Nederland in de jaren ’70 zo graag wereldwijd opstak. Toen zochten linkse Nederlandse wereldverbeteraars over de hele globe ‘bloed aan de paal’ om aansluitend aan te dringen op het boycotten van allerhande besmette manifestaties.

 

Dat Nederland in 1978 deelnam aan het wereldkampioenschap voetbal in Argentinië bracht heel progressief Nederland in rep en roer. Oranje haalde trouwens de finale en verloor die van… gastland Argentinië. Jasperina De Jong zong enkele jaren eerder, in 1973, dat ze niet naar Griekenland op vakantie kon maar wel naar Tunesië, “want dat is niet fascistisch”.

 

Zoveel jaren later vond Louis Michel dat we onze skiën niet meer Oostenrijkwaarts mochten richten, want daar was uiterst-rechts in de regering opgenomen. Intussen zat dat linkse Nederlandse domineesvingertje al weer diep in de broekzak al lijkt het nu bij onze noorderburen soms terug te keren aan de rechterhand.

 


Bij ons gelden de normen van ‘ginder’ en ‘ginder’ gelden de normen van… ‘ginder’


 

Toen ik pas verkozen was als parlementslid bezocht een Iraanse delegatie de federale kamer en ik verscheen op een ontmoeting met die delegatie vergezeld van mijn medewerkster. Die kreeg meteen, van ‘onze’ zijde, te horen dat ze bij afscheid geen hand mocht schudden. Kwestie van beleefdheid en respect voor de waarden van de gasten, zeg maar. Op bezoek in Iran bleek het dan weer een kwestie van respect voor de gastheren om geen handen van vrouwen te schudden. Kortom, bij ons gelden de normen van ‘ginder’ en ‘ginder’ gelden de normen van… ‘ginder’. Het klinkt niet meteen evenwichtig.

 

Uiteraard onderhouden we best contacten met alle landen en daarbij moeten ook handen geschud worden waar bloed aan kleeft (dat probleem hebben vrouwen dan weer niet in die landen waar geen intergeslachtelijk handenverkeer wordt getolereerd). Alle contacten stopzetten tot ze verlopen zoals wij dat willen, zorgt er alleen voor dat je op den duur ofwel eenzaam staat te roepen in de spreekwoordelijke woestijn – in de echte kom je dan niet meer – of dat je verstrikt geraakt in een fataal web van hypocrisie en dubbele standaarden.

 

Ligt de keuze dan echt alleen tussen “anderen de eigen normen en waarden opleggen” (dixit Kaag) of de regie helemaal in handen van “de anderen” te laten? Minister Kaag leverde zelf het bewijs dat je ook respect kunt opeisen. Ze bezocht dus niet alleen Iran maar ook Oman en Saoedi-Arabië. In dat laatste land werd ze ontvangen door koning Salman en ze verscheen daar blootshoofds waarop hij haar, jawel, vriendelijk de hand schudde. Nochtans staat Saoedi-Arabië, zoals geweten, niet meteen bekend als koploper in de kwestie vrouwenrechten en in dat land lopen vrouwen op straat veel zwaarder gesluierd dan in Iran.

 

Er zijn goede redenen om van vrouwen in bezoekende Saoedische of Iraanse delegaties niet te eisen dat ze hun hoofddoek afleggen; maar diezelfde goede redenen rechtvaardigen het wel om te eisen er zelf geen te dragen als vrouwelijke minister wanneer je daar verschijnt. Als het in Saoedi-Arabië kan…

 


 


Hier gepubliceerd op 26 februari 2018 

 

Foto: Minister Kaag op Midden-Oostentrip – bij de Iraanse president en de Saoedische koning. 

 

TIP: Dankzij internet kunnen wij ook veel mensen bereiken buiten de klassieke media om. Help daarbij en deel dit artikel. Gewoon op de knop hieronder drukken.